De kracht van de gedachten
Wat is kracht: Eigenschap dat iemand fysiek of mentaal sterk is en daardoor dingen kan doen. Kracht is de snelheid waarmee arbeid wordt verricht of energie wordt verbruikt. In het dagelijks taalgebruik wordt vaak het woord kracht gebruikt, als energie bedoeld wordt. Bijvoorbeeld: “ik heb er de kracht niet voor”, wat er eigenlijk wordt gezegd is, “ik heb er de energie niet voor”. Sterk verstandsvermogen, sterk.
Wat is gedachten: Wat je denkt, denken, herdenken, je verstand laten werken, biologisch proces in je hersenen, het innerlijk of psychisch overwegen van belangen en inzichten. Idee, mening, inval, plan.
Ieder mens heeft gedachten, maar hoe gaan wij met onze eigen gedachten om. Gedachten hebben kracht, gebruiken wij de kracht van onze gedachten ten goede van onszelf of ten nadele van onszelf.
Gedachten
Als de mens praat, spreken we gemiddeld met honderd tot honderdvijftig woorden per minuut. Een snelle prater zal meer woorden per minuut gebruiken. Ons denken gaat veel sneller dan praten, ons denken gaat wel tien keer sneller dan ons spreken. We denken soms wel twaalfhonderd tot vijftienhonderd woorden per minuut. We denken supersnel.
In ons hoofd ontstaan gedachten. Denken, gedachten worden geproduceerd vanuit ons hoofd, onze hersenen. Het is een biologisch proces in de hersenen die gedachten activeert. Het is een snel proces waarbij men zich een korte tijd van bewust is maar wat voortkomt, een onderdeel, een gevolg is van het denkproces. Gedachten kunnen op ieder moment bij iemand opkomen.
Zodra wij opstaan, gaan onze gedachten aan de gang, een wirwar van gedachten gaan de hele dag door. Gedachten ontstaan bewust en onbewust. Je hebt het ene nog niet bedacht of de andere gedachten is er al. Het is een onophoudelijk komen en gaan van gedachten. De ene gedachte is er nog niet of de andere gedachte dient zich aan. Wat je nodig hebt aan gedachten haal je eruit en de rest laat je gaan. Dit gebeurt onbewust, want als dit bewust zou gebeuren dan zou men gek worden van alle gedachten die men heeft. Er wordt als het ware gezeefd, gefilterd boven in de hersenen met wat men op dat moment nodig hebt. Gedachten die je nodig hebt komen in het bewustzijn terecht en blijven daar hangen. Je kunt zeggen, dat het nooit stil is in het hoofd en dat het hoofd nooit leeg is.
Gedachten creëren wij zelf vanuit ons onderbewuste, vanuit een eerdere gedachte. Gedachten zijn een ‘kijk’ op iets. Gedachten creëren ons leven, onze dag. Wij zelf zijn verantwoordelijk voor onze eigen gedachten. De gedachten die wij hebben is of zijn zeer krachtig en bevatten voor ons waarheid. We bedenken iets en trekken hier een conclusie uit, geven er een oordeel, vooroordeel, mening over, hangen er een overtuiging aan, zonder dat hier echt over na is gedacht of deze gedachten waarheid bevat, we gaan er eigenlijk al vanuit dat het de waarheid is. Gedachten zijn geen feiten. Feit: iets waarvan zeker is dat het gebeurd is of dat het waar.
Denken
Vanuit een gedachte zal ons denkproces in werking worden gezet.
Bij denken moeten wij onze hersenen gebruiken, bij denken zetten wij onze hersenen aan het werk. Met denken zetten wij ons mentaal proces aan het werk om een beeld te vormen over iets of iemand. Denken is een vorm van informatieverwerking.
Denken kan ons inzicht geven, denken kan ons begrip geven, met denken kunnen plannen, meningen, overtuigingen, ontstaan, zo ook kan inzicht, waarheid, wijsheid ontstaan.
Denken
Er zijn verschillende soorten denken
- Nadenken
- Bedenken
- Vooruit denken
- Reflectie
- Zelfreflectie
- Bekrompen denken
- Irrationeel denken
- Onbezonnen denken
- Afvragen
- Vermoeden
- Aannames
- Veronderstellen
- Speculeren
- Menen
- Herinnering
- Peinzen
- Piekeren
Bovenstaande woorden zijn allemaal woorden die met gedachten te maken hebben, maar net een andere betekenis hebben. Allemaal woorden die met ‘denken’ te maken hebben en die onze gedachten kunnen vormen, creëren, beïnvloeden.
1. Nadenken: mentaal aandacht schenken aan een bepaald onderwerp of probleem.
Bij nadenken zullen wij onze hersens moeten gebruiken om een probleem, een vraagstuk op te lossen. Wij zullen in ons geheugen moeten graven om een antwoord ‘boven water te krijgen’. Bijvoorbeeld; “hoe heet die straat ook al weer? Waar ken ik haar van? Of er word je een vraag gesteld waarop een antwoord gegeven moet worden. Hierbij moet er worden nagedacht wat het antwoord is.
2. Bedenken: door goed te denken vinden, iets in je hoofd halen, denken over, gevolgen nagaan, beschouwen, bespiegelen, bezinnen, nagaan, overdenken, verzinnen.
Bij bedenken zullen wij gedachten in ons hoofd halen waar wij een antwoord op willen en vinden. Bijvoorbeeld op de vraag: “wat zullen we vanavond eten?” zullen wij moeten bedenken wat wij graag willen eten. Of we hebben een dagje vrij, we gaan bedenken wat we die dag gaan doen.
Ook kunnen we iets bedenken, uitdenken wat tot creativiteit leidt.
Ook kunnen onze gedachten iets verzinnen wat tot een spontane actie kan leiden, maar wat ook tot een fiasco kan leiden.
Ook kunnen onze gedachten fantaseren wat tot mooie resultaten kan leiden, maar wat ook tot waanideeën kan leiden.
Ook kunnen onze gedachten terugkomen op een eerder gesprek, een nagedachte, waar wij nog over na denken, wat ons inzicht kan brengen of ons nog meer in verwarring brengen.
Ook kunnen onze gedachten wikken en wegen om tot een goede beslissing te komen.
Ook kunnen onze gedachten overwegen iets wel of niet te doen.
Ook kunnen onze gedachten overpeinzen, waarbij wij langdurig nadenken.
Ook kunnen onze gedachten beramen, waarbij wij een plan uitdenken en voorbereiden.
Met bedenken voeren wij een innerlijk overleg, een innerlijk dialoog met onszelf via onze gedachten waar vele uitkomsten mogelijk zijn.
3. Vooruitdenken: nadenken over iets dat nog moet komen.
Bij vooruitdenken zullen wij op voorhand moeten plannen. Vooruitdenken is doel gericht handelen. Bijvoorbeeld vakantie, wat nemen we mee?
Vooruitdenken is het overdenken, overwegen van actie, reactie, van oorzaak en gevolg. Vooruitdenken, verder denken komt voort uit inzicht hebben en dit gebruiken.
Iedere dag zal er een moment van vooruitdenken zijn en veelal gaat dit automatisch. Bijvoorbeeld: we gaan naar werk, en we nemen onze lunch mee. Onze lunch is door het ‘vooruitdenken’ mee genomen, als wij dit niet hebben gedaan dan hebben wij geen lunch voor de middag. Of boodschappen, van tevoren hebben we een boodschappenlijstje gemaakt, we gaan boodschappen doen en nemen mee wat we bedacht hebben nodig te hebben.
Vooruitdenken kan ons ook verlammen door op voorhand ‘beren op de weg te zien’ en wij hierdoor een passieve houding kunnen aannemen, het op zijn beloop laten, en als de tijd is aangebroken het wel doen, maar wat ons stress zal brengen.
4. Reflectie: het nadenken of bezinnen, terugkijken, spiegelen, het over nadenken, overdenking, beschouwing.
Bij reflectie zullen wij onze gedachten moeten laten gaan over iets wat al gepasseerd is. Als ware evalueren we wat er is gebeurd, of dit goed of niet goed is gegaan, of iets werkt of niet werkt. Uit het niet goed gaan, iets niet werken, trekken wij een conclusie dat dit beter moet of kan. Wij zullen nadat wij gereflecteerd hebben en tot de conclusie zijn gekomen dat iets niet goed is gegaan, iets niet werkt, een herstelling, correctie, verbetering, vernieuwing moeten doorvoeren om iets wel goed te laten gaan, te laten werken. Wij zullen onze gedachten moeten bijstellen, veranderen.
5. Zelfreflectie: overdenking van je eigen gedachten, gevoelens en herinneringen.
Zelfreflectie is het kijken naar jezelf waarbij je je eigen handelen overdenkt. Je kijkt als het ware in een spiegel waarbij je jezelf ziet, hoe je handelt, met als doel je goede en slechte handelen, gedrag te leren kennen en hier wat mee te doen in de vorm van verandering aan te brengen. Zelfreflectie heeft het doel de mens bewust te maken, van fouten te leren en deze niet meer te laten voorkomen in de toekomst.
Zelfreflectie kan vanuit de mens zelf komen, of kan vanuit de buitenwereld komen, die de persoon aanspreekt op zijn, haar gedrag, denken, handelen, met, als dit oprecht is, als doel de ander te willen helpen zich bewust te worden van het gedrag en handelen. (zie ook omgaan met kritiek)
6. Bekrompen denken: bekrompen: beperktheid van verstand, geringheid van begripsvermogen, kan zijn aangeboren of het gevolg zijn van een gebrekkige schoolontwikkeling, kleingeestigheid.
Bij bekrompen denken zal men zich vasthouden aan eigen gedachten die men via het eigen geloofssysteem heeft aangeleerd en waarbij krampachtig wordt vastgehouden wat tot rigide gedrag kan leiden of leidt.
Met bekrompen denken, laat men afwijkend gedrag zien, waaronder kortzichtigheid, waarin men niet verder wil of kan kijken of er ook andere alternatieven, oplossingen zijn, waarbij men niet vooruit denkt of kan denken en daardoor onverstandig handelt zonder begrip voor anderen. Met kortzichtigheid is er een bekrompen, beperkte gedachtegang waarbij men de gevolgen niet kan, of wil overzien, voorzien. Men zal, als iets maar afwijkt van de eigen innerlijke overtuiging, mening, in verzet komen waarbij men defensief gedrag laat zien, wat veelal voortkomt uit oud aangeleerd gedrag, wat volgens oude patronen is ontwikkeld en gebaseerd is op oude gedachten, overtuigingen die vastgeroest zijn, en een gewoonte zijn geworden en men niet beter weet. Men neemt beslissingen, maakt keuzes, vanuit het eigen gecreëerde geloofssysteem, bewustzijnsniveau, verder dan dit bewustzijnsniveau, geloofssysteem wordt er niet gekeken of gedacht.
7. Irrationeel denken; irrationeel: zonder je verstand te gebruiken, in strijd met de rede, niet doordacht, in strijd met het gezond verstand, onlogisch, onwerkelijk, onredelijk, redeloos, strijdig met het nuchtere verstand, tegenstrijdig.
Bij irrationeel denken zullen wij gedachten hebben, die niet overeenkomen met een gezond verstand, en waarbij wij niet in de realiteit staan. Irrationele gedachten zijn veelal terugkerende gedachten waarvan wij denken dat deze waarheid bevatten, rationeel zijn maar die voor een buitenwereld niet rationeel, realistisch zijn. Irrationele gedachten zijn gedachten die vanuit een verkeerde opvatting, standpunt, geloofsysteem zijn ontstaan en veelal met onbewuste angst gepaard gaan.
Met irrationeel denken kunnen wij verblind zijn of raken door eigen waanideeën, gedachten en ons in de weg kunnen of gaan zitten.
Als iemand zich steeds meer irrationeler gaat gedragen dan zouden er alarmbellen moeten afgaan. Het irrationele gedrag kan uitmonden tot of in geweld, gevaar, omdat mensen met irrationeel gedrag geen tegenspraak dulden.
8. Onbezonnen denken: waar je niet goed over nagedacht hebt, dom, dwaas, gedachteloos, heethoofdig, idioot, lichtvaardig, niet redelijk verklaarbaar, onverstandig, onnadenkend, ondoordacht.
Bij onbezonnen denken zullen wij alles wat wij denken zeggen, eruit gooien zonder hierover te denken, of nagedacht hebben, wat dit voor gevolgen kan hebben voor onszelf of anderen.
Mensen kunnen dingen zeggen waarvan je bij jezelf denkt ‘waar slaat dit op? Hoe komt men erbij? Een reactie kan zijn dat wij in de lach schieten, niet omdat het leuk is, maar omdat het te belachelijk voor woorden is, te ongeloofwaardig is wat men hoort. Veelal zijn dit uitspraken van mensen die zelf geloven wat zij zeggen en voor hen waarheid is. Zij zullen veelal verontwaardigd en boos reageren op onze ‘lach’ reactie en zich gaan verdedigen. Verdedigen zal gebeuren uit boosheid, frustratie en waarbij zij de ander proberen te overtuigen van hun eigen gelijk en waarbij zij de argumenten van de ander onderuithalen. Veelal zie je onbezonnen reacties op sociale media. Ook bij onbezonnen reacties van een ander zullen onze alarmbellen in werking moeten treden.
9. Afvragen: jezelf een vraag stellen of uitspreken dat je aan iets twijfelt, jezelf een vraag stellen en daarover nadenken, betwijfelen, nadenken over twijfelgeval.
Bij afvragen zullen je gedachten je jezelf een vraag stellen die veelal voortkomt uit twijfel. Jezelf wat afvragen kan vanuit verschillende redenen komen.
Bijvoorbeeld: je hebt iets gehoord en je kunt jezelf afvragen of dit klopt, je gaat hier met je gedachten op door om tot een eigen conclusie te komen.
Bijvoorbeeld: je bent gaan winkelen en je hebt iets gepast en je hebt het toch teruggehangen, later vraag je je af of je het toch wel had moeten kopen. (zie ook keuzes maken)
Bijvoorbeeld: er is iets gebeurd, je vraagt jezelf af of je iets had moeten doen of laten. Aan dit afvragen wordt veelal een ‘had of als’ gehangen. De vragen ‘had of als’ kunnen ons in de greep houden en ons een schuldgevoel of spijtgevoel geven.
10. Vermoeden: denken dat iets waarschijnlijk zo is, gissen, presumeren, denken, geloven, menen, veronderstellen, het op grond van bepaalde aanwijzingen denken, redenering waardoor wordt getracht uit een bekend gegeven meer duidelijkheid te krijgen over een onbekend gegeven.
Bij vermoeden zullen wij denken dat iets zo is maar wat waarschijnlijk niet zo is.
Als wij een antwoord op ons vermoeden willen hebben dan zullen wij de persoon waarom het gaat hiernaar moeten vragen om ons antwoord bevestigd of niet bevestigd te krijgen. Vaak spreken wij vermoedens uit die een ander als waarheid aanneemt. Bijvoorbeeld: ik vermoed dat Pietje Puk boodschappen aan het doen is (omdat zijn auto er niet staat).
11. Aannames: iets wat je denkt of vindt zonder het zeker te weten, vooronderstelling.
Bij aannames hebben onze gedachte een aanname gedaan waarvan wij denken iets te weten, maar weten niet of het waarheid is. Op voorhand bedenken wij iets waarvan wij denken dat het waar is maar wat ook niet waar kan zijn. Het is een stelling die je voorlopig als waar aanneemt. Bijvoorbeeld: ik denk dat Pietje Puk ziek is.
12. Veronderstelling: gedachte, aanname.
Bij veronderstelling gaan onze gedachten ervan uit dat wij denken dat een iemand iets al weet. Bijvoorbeeld: ik was in de veronderstelling dat Pietje Puk dit wist.
Als wij iets veronderstellen dan gaan onze gedachten ervan uit dat een ander iets al weet, waardoor wij handelen zoals wij handelen. Wat voor de een logisch is zal voor de ander niet logisch zijn, omdat de kennis heeft ontbroken, maar de ander heeft gehandeld omdat deze in de veronderstelling is geweest dat de ander de kennis heeft gehad.
13. Speculeren: dingen bedenken die misschien waar zijn of misschien gebeuren, aannemen dat het zo is, terwijl je dat niet zeker weet, ergens mogelijkheden voor bedenken, gissen, gokken.
Bij speculeren bedenken wij dingen terwijl wij niet weten of dit zo is. Op voorhand gaan onze gedachten al een antwoord invullen. Bijvoorbeeld: een zwangerschap, we weten nog niet wat het wordt, we moeten afwachten na de bevalling om te weten wat het is geworden.
Speculatie komt veelal voort uit een klein stukje informatie wat wij hebben maar wat nog niet volledig is, wat nog geen feiten heeft. We verzinnen verhalen.
Speculaties kunnen heel ver gaan en waarbij wij ons de gekste dingen in ons hoofd kunnen halen en deze vertellen aan anderen.
Speculeren komt voort uit onzekerheid. Speculeren heeft geen zin. Het zal iets alleen maar erger maken. Met speculatie kunnen er verhalen de wereld in geholpen worden die verzonnen zijn, niet op waarheid berusten. Eenmaal een speculatie de wereld in geholpen die niet op waarheid berust, kan grote gevolgen hebben, maar waarbij “het leed al is geschied” en niet meer terug kan worden gedraaid.
Met speculatie kunnen wij een ander kwetsen, treffen, benadelen.
14. Menen: denken dat iets zo is, het in je gedachten hebben, serieus bedoelen wat je zegt, denken, geloven, oordelen, peinzen, van mening zijn, vermoeden, vinden, aannemen, geloven, bedoelen.
Bij menen hebben onze gedachte iets bedacht waarin wij zelf geloven. Bijvoorbeeld: ‘ik meen dat hij Pietje Puk heet”. Ook kunnen wij met menen ons geloof kracht bij zetten, bijvoorbeeld: “ik meen het”. Hiermee geven wij bij een ander aan dat het ons serieus is.
15. Herinnering: het weer in het bewustzijn oproepen van een gebeurtenis van het verleden.
Bij herinneren, een herinnering zullen onze gedachten iets uit het verleden naar boven laten komen. Het kunnen “o, ja!” momenten zijn, of “ik denk er nu pas aan” momenten zijn.
Gedachten kunnen herinneringen oproepen. Een voorwerp, muziek, een persoon, enz. kan bij ons herinneringen oproepen die ons terug kunnen voeren naar ‘vroeger, het verleden’. Aan herinneringen kunnen mooie gedachten hangen, of nare gedachten. Een herinnering zal ons altijd naar het ‘verleden’ laten gaan.
16. Peinzen: lang en diep nadenken, je hersens laten werken, broeden, nadenken, piekeren, tobben, filosoferen, mediteren, mijmeren, dromen.
Bij peinzen zullen wij lang nadenken over iets of iemand. Wij kunnen in gedachten verzonken zijn omdat we ergens diep over na moeten denken. Ik peins er niet over geeft aan dat we er niet over nadenken omdat onze mening al vast staat. Peinzen kan leiden tot piekeren.
17. Piekeren: onrustig en zorgelijk nadenken, er zorgelijk en ingespannen over denken, langdurig en bezorgd nadenken, in de war zitten, inzitten, tobben, zorgen maken.
Bij piekeren zullen onze gedachten steeds dezelfde gedachten hebben, die zich blijven herhalen en waar wij veelal niet uitkomen en die ons een nog groter probleem opleveren.
Piekeren is een situatie van problemen die wij zelf creëren, waarbij wij gebeurtenissen, gezegdes, ervaringen, enz. die in het verleden hebben plaatsgevonden, constant in gedachten naar boven te halen en erover blijven denken, nadenken, herhalen. Door eindeloos negatieve situaties, ervaringen, voor de geest te halen, en dit te blijven herhalen in gedachten en woorden in het heden, zullen onze gedachten de overhand krijgen, en zullen we gaan malen, piekeren, omdat wij onze gedachten over het probleem niet kunnen of willen loslaten, verwerken en we constant over hetzelfde negatieve gebeuren wat ons is overkomen blijven nadenken, praten, het blijft zich herhalen in jezelf en gedachten.
Wij kunnen, of weten niet om te gaan met negatieve ervaringen en teleurstellingen en ons gedrag zal hierdoor beïnvloed worden omdat er negativisme optreedt. Wij zijn zo bezig met aandacht besteden aan het negatieve, aan onze eigen negatieve gedachten, dat wij niet kunnen loslaten, dat wij de wereld om ons heen vergeten en aan niets anders meer kunnen denken. Wij gaan malen, piekeren, als wij piekeren niet loslaten of stoppen en het piekeren zijn gang laat gaan, gaan we tobben en worden we slachtoffer van ons eigen gedrag en gedachten. Slachtoffer van zelfdestructie, in gedachten, handelen, voelen, gedrag, enz. Met piekeren kan er een angststoornis, een depressie worden gecreëerd.
Bij alle bovenstaande voorbeeldwoorden zullen wij onze hersenen, ons geheugen moeten aanspreken om achter of op een antwoord te komen. Hebben wij iets nog niet geleerd dan zullen wij zelf een antwoord creëren. Wij gaan in ons geheugen na of wij iets weten, als wij iets niet weten dan verzinnen wij een antwoord. Vele mensen doen dit terwijl ze het antwoord niet weten en dit niet zeggen. Je kunt beter aangeven dat je het antwoord niet weet of verschuldigd blijft. Vele mensen schamen zich als zij het antwoord niet weten, of mensen verzinnen een antwoord zonder te weten en geven een antwoord wat nergens op slaat.
Een mooi spreekwoord is “Bezint eer ge begint”. denk goed na over de gevolgen voordat je actie onderneemt.
Hoe komen wij aan onze gedachten
Gedachten bepalen een groot deel van ons leven, maar hoe zijn wij aan deze gedachten gekomen? Welke gedachten heb je? En welk denken heeft dit tot stand gebracht? Welke waarde heb je hieraan gehangen? Welk geloofssysteem heb je ontwikkeld? Welke overtuiging heb je eraan gehangen?
Als wij jong zijn zullen wij moeten leren, leren: kennis of vaardigheid verwerven, omdat wij de kennis en ervaring nog niet in huis hebben om zelfstandig te zijn en functioneren. Anderen zullen de kennis, de vaardigheid doorgeven totdat wij zelf in staat zijn een keuze te maken aan de hand wat wij hebben geleerd.
Iets leren begint als wij nog baby zijn. Spelenderwijs leren we iets als dit gestimuleerd wordt.
In de opvoedfase zullen wij regels, gedragscodes, normen, waarden, sociale vaardigheden moeten leren. Met dit leren doen wij vaardigheden op voor onze ontwikkeling. Voordat wij naar ‘school gaan’ heeft een kind veelal al een klein stukje grondbeginselen meegekregen in de vorm van wat wel en niet mag, in woordjes leren, het kind betrekken bij dingen, uitleggen, enz. Op de crèche, de kleuterschool, de basisschool, het voortgezet onderwijs leren we iedere keer weer een stukje bij. We gaan naar school om te leren, met leren zullen wij onze kennis vergroten. Wij zullen iets moeten snappen, begrijpen willen wij iets leren.
Ons denken zoals we nu denken wordt veelal bepaald en gevormd door hoe wij zijn opgevoed, uit de lessen die wij in het verleden geleerd hebben van onze opvoeders, leermeesters. Onze opvoeding is de basis van ons gedrag en denken. We worden geboren en daarmee begint onze opvoeding, onze vorming van onze persoonlijkheid. Persoonlijkheid; totaal van gedrag, eigenschappen, karakter van de mens.
Ook worden gedachten bepaald en gevormd door wat wij hebben meegekregen hebben van anderen, de media, school, werk, enz. in onze opvoeding. We leren wat we zien. Door wat wij van anderen hebben geleerd, aangeleerd, overnemen, meegekregen hebben, worden onze eigen gedachten, overtuiging, ervaringen, mening, verwachting, gedragscodes gevormd, worden normen en waarden geleerd of aangeleerd in de vorm van er een waarde aan te hangen, van goed en slecht, wat verkeerd en goed is. Je kunt het zien als voorprogrammeren. Alles wat je geleerd wordt, word je voorgezegd, voorgedaan, zodat jij dit ook nadoet in het gelijke, er is geen eigen ervaring, je neemt dit klakkeloos over omdat je denkt dat dit goed is. Dit leren bepaald ons en vormt een keuze waarin je leert of wordt aangemoedigd, een waarde aan dingen te geven, maar ook aan jezelf, dit wordt aangeleerd gedrag, wat zich vastzet in ons geheugen omdat wij dit geleerd hebben en het onszelf aangeleerd en hierin geloven. Wij vormen hierin “onze eigen waarheid” met onze gedachten en hebben hier een waarde en een overtuiging aangehangen en waarmee wij ons geloofssysteem van overtuigingen vormen. (zie ook basislessen – basisbehoeften – beïnvloeding van buitenaf)
Wat men in het verleden heeft geleerd, aangeleerd, zal als overtuigingen, meningen, zienswijzen, onze kijk op iets, onze herinnering, in ons denken, gevoel, gedrag worden vastgelegd en wat ons geloofssysteem zal worden. Wij creëren ons eigen ‘geloof’ als wij jong zijn en vervolgens leven wij verder en creëren onze ervaringen, en maken keuzes die met ons ‘geloofssysteem’ in overeenstemming zijn.
In onze kindertijd hebben wij een geloofssysteem ontwikkeld, en zullen wij in onze toekomst keuzes nemen via en vanuit dit geloofssysteem. In de loop van ons leven zullen of kunnen wij ons eigen geloofssysteem aanpassen, bijstellen, omdat wat wij bijvoorbeeld eerder geleerd hebben en hier een mening over hebben gevormd, niet meer kan werken, of dat de ervaring die wij zelf hebben opgedaan niet meer werkt volgens het oude geloofssysteem in de vorm van meningen, overtuigingen, herinneringen, zienswijzen die wij hadden. Met het aanpassen van ons eigen geloofssysteem verruimen wij ons bewustzijn en groeien wij persoonlijk.
Hebben wij ons ontwikkeld?
Ontwikkelen: kennis vergroten, erbij leren, ontplooien.
Vanaf onze geboorte tot heden zijn wij bewust en onbewust ons aan het ontwikkelen. Je kunt het leven zien als een grote les die wij dagelijks leren. Veelal zijn wij ons niet bewust dat wij iedere dag iets leren, iets bij leren wat ons zelf laat ontplooien, wat ons persoonlijk kan laten groeien als wij hiervoor openstaan.
Bij onze geboorte zullen veelal de lessen starten als in basislessen, basisbehoeften, zoals liefde, veiligheid, geborgenheid, gezien en gehoord worden. Tijdens deze periode zullen er vele ‘leermeesters’ over ons pad komen zoals ouders, verzorgers, leraren op school, de mensen die wij om ons heen hebben.
Wij leven naar wat wij geleerd hebben, naar wat wij om ons heen hebben gezien, gehoord, wie wij om ons heen hebben gehad, de kindertijd periode is de basis waarin wij ons ontwikkelen tot de persoon die wij nu zijn. In deze tijd zullen wij een moreel kompas ontwikkelen. Alles valt en staat met wat wij geleerd hebben in het verleden en die onze ‘nu basis’ vormt in ons gedrag, denken en gezegden.
Alles zal een uitwerking hebben. Wat zit er in onze opmaak? Wat hebben wij geleerd en wat is de uitwerking hiervan. Je kunt het zien als, wat hebben wij geleerd, de oorzaak, en hoe is ons gedrag, het gevolg. De uitwerking die het heeft zal ons doen reageren.
Kinderen zijn een mooi voorbeeld van iets leren, zien zij iets dan doen zij het na, of dit nu positief of negatief is.
Wat hebben wij meegekregen in het verleden als kind, wat krijgen wij mee in het heden als jongvolwassen, volwassenen.
Het meekrijgen van iets en de kijk hierop hebben veelal een oorzaak en gevolg en een uitwerking hierop.
Zijn wij ergens mee omringt dan leren wij te reageren.
Bijvoorbeeld:
Negativiteit | |
Omringt met of omringt geweest met: | Geleerd – leren – uitwerking |
Afstandelijkheid | Aandacht vragen |
Angst | Achterdochtigheid |
Jaloezie | Afgunstig te zijn |
Kritiek | Veroordelen |
Medelijden | Zelfmedelijden |
Negeren | Afwijzing, afstandelijkheid |
Onbezonnenheid | Geen wroeging, spijt te hebben |
Schaamte | Schuldig te voelen |
Schreeuwen | Zelf schreeuwen |
Spot | Verlegenheid |
Toegeeflijkheid | Manipuleren |
Vijandigheid | Vechten, zowel woordelijk als fysiek |
Positiviteit | |
Omringt met of omringt geweest met: | Geleerd – leren – uitwerking |
Aanvaarding | Berusting, acceptatie |
Bemoediging | Vertrouwen |
Delen | Vrijgevigheid |
Eerlijkheid | Waarheid |
Empathie | Gezonde bezorgdheid, meelevendheid |
Erkenning | Inzicht, goedkeuring |
Gezien, gehoord | Zelfvertrouwen |
Liefde | Delen |
Lof | Waardering |
Rechtvaardigheid | Gerechtigheid |
Tolerantie | Geduldig te zijn |
Veiligheid | Vertrouwen |
Vriendelijkheid | Welwillendheid, aardigheid, beleefdheid, hartelijkheid, innemendheid |
Waardering | Begrip, respect, erkenning |
Gedachten, denken, ons gedrag valt en staat met wat wij hebben geleerd.
Gedachten bepalen onze stemming
Onze eigen gedachten beïnvloeden ons leven, ons gedrag, onze emotie, onze stemming. Gedachten sturen onze emotie, onze stemming, ons gedrag. Gedachten zijn en hebben een wisselwerking op ons.
Maar hoe gaan we hier mee om, laten we ons leven beïnvloeden door negatieve of positieve gedachten, gedrag, emotie.
- Gedachten bepalen onze stemming
- Gedachten bepalen onze emotie
- Gedachten bepalen ons gedrag
Gedachten bepalen onze stemming
Een stemming is een gemoedstoestand van een bepaald tijdelijk gevoel, of langdurige emotionele toestand. Stemming wordt ook wel humeur genoemd. Onze stemming, ons humeur kan alle kanten op gaan, kan wisselen, ook wel stemmingswisseling genoemd, deze kunnen schommelen, kunnen wisselen en is op zich niet verkeerd, zolang we maar terugkomen in de balans fase. Stemmingen, ons humeur, kunnen zowel van blijdschap zijn of van somberheid zijn, en alle twee kunnen over de top zijn. Bij blijdschap spreken wij van een euforisch gevoel, een gevoel van overdreven, extreme vrolijkheid. Bij somberheid spreken wij van een depressief gevoel. Het is belangrijk om onze stemming in balans te hebben.
Hoe staan wij in het leven? Is dit positief of negatief? Hebben wij zorgen, problemen? Hoe is onze stemming als wij in de ochtend uit bed stappen?
Een gedachte kan ons blij maken, een gedachte kan ons verdrietig maken.
Gedachten bepalen onze emotie
Weten wij wat emoties inhouden, weten wij hoe emoties voelen? Weten wij hoe emotie is ontstaan? Weten wij wat voor consequentie aan emotie zitten? Hebben wij geleerd te voelen? Hebben wij geleerd emoties te benoemen? Weten wij met emotie om te gaan? Weten wij wat emoties met ons doen of kunnen doen?
Ieder mens heeft emoties, emotie: gemoedsbeweging, een emotie is een plotselinge reactie van ons hele organisme op een prikkel die onbewust en automatisch gestuurd wordt en naar buiten gericht is, heftig gevoel. Emotie betekent in het Latijn “emovere” wat betekent “energie in beweging”.
Emotie kunnen wij verdelen in basis emotie en afgeleide emotie.
Basis emoties zijn emoties, een innerlijke beleving die worden opgeroepen door een gevoel wat bij ons geprikkeld wordt.
Afgeleide emotie is een basis emotie, een innerlijke beleving die wordt opgeroepen door een gevoel met de daaraan verbonden gedachten, afgeleide emoties zijn aangeleerde emoties. (zie ook emotie)
Gedachten zijn geen gevoelens. Bij gedachten bedenk je iets waarbij een gevoel ontstaat. Gedachten zijn ideeën over hoe iets zou moeten voelen, iets zou moeten zijn. Gedachten zijn geen feiten. Als gedachten en gevoel in de war raken dan zal het zicht, de waarheid vertroebeld, verloren raken, omdat men niet in staat is om gevoel en gedachten te kunnen scheiden.
Gevoel is niet hetzelfde als gedachten. Gevoelens zijn een uitkomst uit gedachten.
Aan gevoel hangt een emotie, al dan niet geleerd of aangeleerd. Gevoelens komen voort uit gedachten. Gevoelens zijn geen gedachten. Ervaringen zijn de uiterlijke gevolgen van onze innerlijke gedachten. Een negatieve gedachte over bijvoorbeeld jezelf, een ander, veroorzaakt een innerlijk gevoel waarbij men zich laat meeslepen door gevoel en gedachten. Als men geen negatieve gedachten heeft, heeft men ook niet dat gevoel.
Gedachten kunnen emotie oproepen zoals de basis emoties en afgeleide emoties
Basis emotie zijn:
- Afschuw
- Angst
- Blijheid
- Boosheid
- Verbazing
- Verdriet
- Afgeleide emotie zijn:
- Afgunst
- Bezorgdheid
- Depressie
- Ergernis
- Gekwetst
- Jaloezie
- Schaamte
- Schuld
- Spijt
- Teleurstelling
- Wroeging
- Wrok
Afgeleide emotie kunnen en zullen ons denken verstoren en ons geheel in de greep hebben en houden als wij hier zelf niets aan veranderen. Zie ook: Basis emotie en gedrag, en afgeleide emotie en gedrag.
Gedachten bepalen ons gedrag
Gedachten zullen ons gedrag bepalen, beïnvloeden. Hoe staan wij in het leven, is dit met positieve gedachten of met negatieve gedachten. Hebben wij geleerd om met situaties om te gaan?
Met alles wat wij zien, horen, doen, worden onze hersenen, ons brein aan het werk gezet. Onze hersenen koppelen alles wat wij doen, zien, horen, en hangt hier een bepaalde waarde aan. De waarde die wij hieraan hangen is veelal gebaseerd op wat wij in het verleden hebben geleerd. Hebben wij in het verleden in situaties gezeten die ons onze afgeleide emoties hebben geleerd en die wij in het heden gebruiken?
Veelal denken wij dat een gebeurtenis emotie veroorzaakt, maar dat is niet zo, het zijn onze eigen gedachten over iets die emotie veroorzaken. Emotie is de kijk op dingen, op ervaringen die wij hebben opgedaan. Onze eigen kijk op iets, veroorzaakt onze emotie, en veelal weten wij hier niet mee om te gaan, omdat wij niet geleerd hebben om met de desbetreffende emotie om te gaan omdat wij niet weten wat deze emotie inhoudt en wanneer deze emotie is ontstaan.
Onze gedachten koppelen gebeurtenissen aan een ervaring en de ervaring koppelt de emotie eraan. Maar, hoe komen wij aan de emotie die er is gekoppeld aan de ervaring? Veelal is dit een eerdere ervaring die is opgedaan en waaraan onze hersenen een waarde hebben gehangen. De waarde is emotie, en dit kan een basis of afgeleide emotie zijn. Vanuit de waarde, de emotie, schatten wij bewust of onbewust in wat dit voor ons betekent, hoe wij hier mee om gaan, hoe wij reageren, er zal bewust of onbewust een evaluatie plaatsvinden, en aan de hand van deze evaluatie, zullen gedachten ontstaan en zal onze stemming veranderen.
Bijvoorbeeld: Iemand spreekt je aan, wat er tegen je gezegd wordt herken je niet. Wat er gebeurd is dat je niet herkent wat er gezegd wordt en jij dit opvat als kritiek. Doordat je dit opvat als kritiek, word je defensief en ga je jezelf verdedigen. Na het gesprek ben je boos omdat je denkt dat iemand commentaar heeft op je. Je voelt je gekwetst na dit gesprek.
Wat gebeurde er:
Iemand spreekt je aan, dit is een gebeurtenis.
Jij herkent niet wat er gezegd wordt, dit is een conclusie van je zelf, bewust of onbewust hebben je gedachten afgespeurd of jouw waarde dit waarheid vindt of niet. Bewust of onbewust wordt er ingeschat wat dit voor jezelf betekend, er wordt een evaluatie van de situatie, gebeurtenis gemaakt.
Je vat het gezegde van de ander op als kritiek, dit is de uitkomst van de evaluatie die je bewust of onbewust hebt gemaakt.
Je wordt defensief, je gaat je verdedigen, dit is het gevoel wat je hebt van de uitkomst van de evaluatie.
Je bent boos na het gesprek, dit is het emotie die aan de uitkomst van de gebeurtenis is gehangen.
Je voelt je gekwetst na het gesprek, dit is de emotie die gekoppeld is aan de gebeurtenis.
Bij alles wat wij doen, wat er gebeurt, wat er gebeurd is, vormt zich een herinnering en wordt er een herinnering aan de gebeurtenis gehangen. Deze herinnering is bepalend voor de emotie die aan de herinnering wordt gehangen, en bepalend voor hoe wij ons in de toekomst uiten, gedragen, het is een referentiepunt.
Niet iedereen zal zich hetzelfde gedragen, uiten, dit heeft te maken met of iemand ervaring heeft opgedaan of niet, of men positief of negatief in het leven staat, of men verwerkt heeft of niet, of men zich laat leiden door emotie of niet. Waar de een openlijk bang is, zal een ander geen angst hebben en laten zien.
Bijvoorbeeld: onweer, hoogtevrees, iets nieuws, enz.
Herinneringen worden gekoppeld aan gebeurtenissen, aan een niet leuke gebeurtenis zal veelal een negatieve herinnering, ervaring hangen.
Bijvoorbeeld: Onweer, onweer is een natuurverschijnsel wat gepaard gaat met regenbuien, donder en bliksem. Voor de een zal onweer een mooi natuurverschijnsel zijn welke mooie plaatjes oplevert en waar men naar kijkt, zonder angst.
Voor de ander zal onweer geen mooi natuurverschijnsel zijn, maar angst oproepen, vinden het eng. Waarom men dit eng vindt is omdat men misschien eerder een blikseminslag heeft meegemaakt waardoor er brand is ontstaan. Zij koppelen de brand aan de gebeurtenis waardoor men angstig is geworden. Of men is angstig gemaakt door anderen.
Men is angstig als men dingen heeft meegemaakt waarbij de uitslag negatief is geweest.
Bijvoorbeeld: je bent gevallen met de fiets. Je kunt je bedenken, hoe ben ik gevallen, wat is de oorzaak van het vallen geweest. Is dit onoplettendheid geweest? Ben je met je telefoon in de weer geweest waarbij je de buitenwereld bent ‘vergeten’? Ben je aangereden? Wat de oorzaak ook is, je bent gevallen en hierbij is er angst ontstaan, angst om nog op de fiets te stappen. Wij zullen toch op de fiets moeten stappen en gaan fietsen om over onze angst heen te komen, want niet ieder fietstochtje zal eindigen in een valpartij.
Bijvoorbeeld: je hebt een zak snoep leeggegeten, je bent misselijk, je wordt steeds beroerder en je moet overgeven. Grote kans dat je het snoepje in de toekomst niet meer zal eten omdat je de link tussen snoepje en overgeven legt.
Negatieve herinneringen zullen altijd een link met iets hebben, en die link is veelal de oorzaak van onze innerlijke overtuiging, ons gedrag.
Wat voor een iemand iets ergs, negatief inhoudt, hoeft voor een ander niet iets erg, negatief in te houden, een gebeurtenis kan op personen verschillende effecten hebben.
Overnemen van stemming
Onze stemming, ons humeur kan zomaar worden overgenomen door wat er om ons heen gebeurd, zien wij vrolijke mensen, is de stemming goed, wordt er gelachen, enz., dan nemen wij veelal deze stemming over. Het tijdelijke gevoel, van ‘de vrolijke groep mensen, met goede stemming, waarbij gelachen wordt’ nemen wij over. Het zal ons een goed gevoel geven.
Onze stemming kan zomaar worden overgenomen door wat er om ons heen gebeurd, zien wij verdrietige mensen, is de stemming ingetogen, wordt er gehuild, enz., dan nemen wij veelal deze stemming over. Het tijdelijke gevoel, van “de verdrietige groep mensen, met de ingetogen stemming, waarbij gehuild wordt’ nemen wij over. Het zal ons een verdrietig gevoel geven. Een gevoel van medeleven.
Onze stemming kan zomaar worden overgenomen door wat er om ons heen gebeurd, zien wij boze mensen, dan zullen wij veelal op onze hoede zijn. Boosheid zal bij een ander angst oproepen. Het tijdelijke gevoel van angst zal of kan ons in de greep hebben totdat wij veilig zijn.
Onze stemming kan zomaar worden overgenomen door wat er om ons heen gebeurd, zijn wij bij mensen die negatief zijn, die constant klagen, die constant een ‘ik, ik’ ik’ verhaal hebben, dan zullen wij veelal hier ons aan gaan irriteren als wij realistisch naar de verhalen luisteren en kunnen uitfilteren of hier waarheid wordt gesproken. Het tijdelijke gevoel van irritatie kan een langdurig gevoel worden als wij mee gaan in de negativiteit van de ander.
Onze stemming kan zomaar worden overgenomen door wat er om ons heen gebeurd, zorgen, problemen van een ander kunnen onze zorgen, onze problemen worden terwijl dit niet terecht is. Belangrijk is om zorgen en problemen van een ander bij de ander te laten omdat zij verantwoordelijk zijn voor deze zorgen, voor deze problemen en niet jij.
Onze stemming kan zomaar worden overgenomen door wat er om ons heen gebeurd, extreme externe situaties, zoals: een overlijden, een scheiding, een ontslag, enz., kunnen en zullen een impact op ons leven hebben waarbij onze stemming, ons humeur zal worden aangesproken.
Stemming zelf veroorzaken
Onze stemming veroorzaken wij zelf. Maar hoe is onze stemming zo gekomen? Hoe zitten wij in ons vel? Hoe staan wij in het leven? Hoe is onze gedachtegang?
Alles heeft te maken met oorzaak en gevolg. Als wij niet goed in ons vel zitten zal men diverse kenmerken gaan vertonen zoals: verminderde weerstand, laag energieniveau, lusteloosheid, vermoeidheid, prikkelbaar, verminderd of geen beoordelingsvermogen, besluiteloosheid, concentratieverlies.
Maar wat is de oorzaak dat wij niet goed in ons vel zitten en wat invloed heeft op onze stemming, onze psyche, onze geestelijke toestand?
Oorzaken van onze geestelijke stemming
Oorzaken van onze stemming kunnen zijn: externe factoren, zorgen, problemen, hormonen, persoonlijkheidsstoornis.
Er zullen of kunnen gevolgen zijn van niet goed in ons vel zitten die gevolgen hebben op onze stemming, onze psyche, onze geestelijke emotionele toestand
Gevolgen van onze geestelijke stemming
Gevolgen van onze geestelijke stemming kunnen zijn: moeheid, vermoeidheid, slecht slapen, niet kunnen inslapen, niet doorslapen, stress, depressie, boosheid, verdriet, angst, te veel of te weinig eten, drank, drugs gebruik, vluchtgedrag, slachtoffergedrag. (zie ook moe zijn, slapen)
Gedragsverandering
De gevolgen van onze geestelijke, emotionele, psychische, geestelijke stemming kan allemaal van invloed zijn op ons humeur, want aan bovenstaande voorbeelden kunnen of zitten ook gevolgen aan ons gedrag wat wij vertonen of gaan vertonen.
Bij niet goed in ons vel zitten zal een kenmerk zijn dat wij uit balans zijn. Balans: toestand van rust en harmonie, evenwicht. Bij niet in balans zijn, zal er geen rust en harmonie zijn en zullen wij uit evenwicht zijn. Moeheid zal een grote rolspelen bij niet in balans zijn, bij niet goed in je vel zitten, omdat alle energie die een mens heeft gebruikt wordt bij niet in evenwicht, balans zijn. Onze gedachten zullen ons in beslag nemen en veelal zijn dit ‘onzin’ gedachten die voortkomen uit speculeren, piekeren, vastgezette oordelen, meningen, ervaringen, overtuigingen.
Als wij moe zijn dan zullen wij veelal niet meer helder kunnen denken, ons concentratievermogen, ons beoordelingsvermogen zal afnemen, ook als wij van slag zijn kunnen wij niet helder denken. Een gevolg van moeheid, is dat wij niet meer helder kunnen denken, we prikkelbaar worden of zijn, niet veel kunnen hebben, we geen concentratie hebben, geen realiteitsbesef meer hebben en dat wij hierdoor veelal een verkeerde keuze, beslissing maken, wij nog negatiever in het leven gaan staan, dingen gaan nalaten, problemen niet oplossen, wij vluchtgedrag gaan vertonen, in een slachtofferrol stappen.
Iedereen heeft wel eens even “een dag waarop niet alles loopt zoals je dacht dat het lopen moest”, dat het allemaal even tegenzit, waardoor ons humeur ons en anderen niet ten goede komt.
Een slecht humeur kan ons in de weg zitten en wij kunnen ons humeur afreageren op een ander terwijl dit vaak onterecht naar anderen is, maar wat wij zelf niet door hebben. Wij zullen niet in de gaten hebben dat ons humeur, onze gedachten, onze gezegdes afwijkend gedrag veroorzaakt en dat dit consequenties kan hebben voor onszelf of een ander, buitenwereld.
Veelal zie je met afwijkend gedrag dat mensen zeggen en doen zonder dat hierover nagedacht is. Onze gedachten kunnen ons laten geloven dat wij boven alles en iedereen staan, dat regels, normen, waarden niet voor ons gelden en ons kunnen gedragen met afwijkend gedrag met als excuus ons “slechte humeur”.
Wij kunnen afwijkend gedrag gaan vertonen die anderen, de buitenwereld op zal vallen. Als je afwijkend gedrag, woorden, gebruikt, dan kan hier commentaar van buitenaf op komen en hierop worden aangesproken.
Als ons “slechte humeur” ons blijft achtervolgen, ons in de weg blijft zitten, dan is er toch echt wat anders aan de hand, en zullen wij naar de oorzaak hiervan op zoek moeten gaan.
Wat denk je, wat voel je
Veel mensen leven vanuit hun hoofd, vanuit de denk stand.
Als je aan iemand zou vragen ‘wat denk je’ dan komt er een antwoord met wat men denkt, hoe men over iets denkt, men geeft het eigen geloof weer.
Als je aan iemand zou vragen “wat voel je?” dan wordt het lastiger, want men moet gaan nadenken hoe men zich voelt. Voelen is het benoemen van emotie.
Bewuste personen zullen over de vraag “wat denk je?” nadenken en dan pas antwoord geven.
Niet bewuste personen zullen op de vraag “wat denk je?” gelijk een antwoord geven met al de eigen meningen, ervaringen, oordelen, vooroordelen volgens het eigen geloofssysteem.
Bewuste personen zullen over de vraag “wat voel je?” nadenken en dan pas antwoord geven en zij kunnen de emotie die zij voelen benoemen.
Niet bewuste personen zullen op de vraag “wat voel je?” gelijk een antwoord geven en veelal is het antwoord “ik weet het niet”, of wordt er om de vraag heen gedraaid.
Bewuste personen zullen eerst over een vraag nadenken voordat zij antwoord geven, omdat zij beseffen dat er aan een antwoord geven een gevolg, een consequentie kan hangen.
Niet bewuste personen zullen niet over een vraag nadenken, en gelijk antwoord geven, omdat zij niet beseffen dat er aan een antwoord een gevolg, een consequentie kan hangen. Met hun uitspraken hebben zij niet het besef dat zij zelf kiezen voor een consequentie van hun gezegde of gedrag.
Positieve, negatieve gedachten
Tussen positieve en negatieve gedachten zitten grote verschillen en zijn het tegenovergestelde van elkaar. Het zijn dualiteit woorden.
Veelal wordt dit getypeerd in zwart wit gedachten, en veelal haal je de personen die of zwart of wit gedachten hebben er zo uit. Negatieve gedachten zullen gezond verstand naar de achtergrond drukken.
Positieve gedachten zullen aantrekken, je blij maken, je energiek maken.
Negatieve gedachten zullen afstoten, je angstig, verdrietig maken.
Negativiteit, met negativisme in het leven staan zal ons niet verder brengen.
Van constant negatieve gedachten wordt je moe, het zal je een moe, vol hoofd geven.
Negatieve gedachten
Negatieve gedachten zullen ons gedrag beïnvloeden, omdat negatieve gedachten angst bevatten en ons een gevoel van angst geven. Angst is geen goede raadgever.
Negatieve gedachten zijn veelal oude denkpatronen, oude gedachten patronen, oude gedragspatronen, oude waardepatronen, oude ervaringen die zijn ingesleten, die zich in ons hebben vastgezet en die veelal zijn ontstaan, veroorzaakt in het verleden, zijn voortgekomen uit onze opvoeding, uit beïnvloeding van buitenaf. Deze gedachten worden, of zijn waarheid voor ons geworden, simpelweg omdat we niet anders weten, omdat wij hier zelf voor gekozen hebben omdat wij vasthouden aan oude overtuigingen, oude waardepatronen, en veelal weigeren naar deze oude overtuigingen te kijken of deze nog waarheid bevatten en of deze oude overtuigen nog werken voor ons.
Oude overtuigingen die niet meer werken voor ons zal ons gedrag beïnvloeden, we gedragen ons ernaar en zullen altijd een ander de schuld geven, verschuilen hierachter. Voordat iets opgelost kan worden moeten we door oude pijn, verdriet.
Meestal wordt oude pijn, oud zeer, verdriet veroorzaakt door een trigger. Trigger, getriggerd, getrikkerd: er wordt innerlijk iets aangeraakt, een vinger wordt op een zere plek gelegd waarvan je je niet bewust was dat er een zere plek was, er wordt iets in werking gezet, er wordt aan gezet tot actie.
Een trigger is een bewust of onderbewust signaal wat wordt afgegeven op een bepaald moment en wat iets in werking zet. Een trigger gaat bewust of onderbewust terug naar een herinnering, een referentiepunt. Naar het punt wanneer, hoe, dit is ontstaan. Het onderbewuste gaat op zoek naar een herinnering, situatie, welke is opgeslagen in ons bewuste of onderbewuste. Als dit referentie punt, de ‘herinnering’ van het referentiepunt gevonden is in het onderbewuste, dan zal het de ervaring, de herinnering uit het verleden naar boven brengen, met de daarbij behorende emotie die destijds is ontstaan.
Door de trigger zal de ‘ervaring en emotie aan deze herinnering’, het eerdere referentiepunt naar boven komen. Je ziet als het ware weer de film van de vroegere gebeurtenis voor je en het gevoel wat aan deze vroegere gebeurtenis hangt. Deze herinneringen en emotie labelen wij in leuk of niet leuk, positief of negatief. Dit labelen kan op bewust of onbewust niveau.
Deze emotie is of wordt in stand gehouden omdat dit in het verleden zo is gegaan en dit in ons heeft vastgezet en er heeft nog geen nieuwe positieve ervaring plaatsgevonden om de negatieve ervaring te vervangen. Als wij hier wat aan doen dan kunnen we deze “vast zetting” ombuigen en er een positieve gedachte voor in de plaats zetten.
Negatieve gedachten kunnen zo ver gaan dat er een depressie kan ontstaan, omdat negatieve gedachten destructieve gedachten zijn. Met destructieve gedachten kunnen we depressief worden of zijn wij al depressief en kunnen dit niet door hebben. Negatieve gedachten kunnen je vergelijken met vergif en waarmee je een ongezonde situatie voor jezelf creëert. Hoe meer negatieve gedachten, hoe meer je jezelf vergiftigt. Zit je in een depressie dan zal het onvermogen je beletten om een toekomst op te bouwen. Gedachten hebben kracht, gedachten hebben macht, hoe meer kracht en macht je ze zelf geeft, hoe meer invloed op je eigen leven.
Welke gedachten heb je, en welk denken, welke gedachten heeft dit tot stand gebracht? We bedenken iets en labelen dit in goed en kwaad en hier hangen we energie aan. Een goede of een slechte energie, negatief of positieve energie. Wij beïnvloeden ons zelf en houden dit in stand door gedachten.
Blijven negatieve gedachten patronen, gedragspatronen zich herhalen op negatieve manier dan is dit niet ten goede van onszelf. We zijn ervan overtuigd dat dit onze waarheid is, de gedachte heeft zich vastgezet in ons geheugen, we zullen er alles aan doen om deze gedachte te delen met eenieder en eenieder daarvan te overtuigen. Als er een overtuiging in ons zit waar wij heilig van overtuigd zijn dan is er geen plaats voor de mening van een ander. De een zal denken, ja die heeft gelijk en gaat mee in die overtuiging, de ander zal denken, nou ja zeg, dit klopt niet en zal of kan er wat van zeggen. De persoon die de vastgeroeste gedachten heeft, zal dit opvatten als kritiek en zal zich hiertegen verzetten, zal er alles aan doen om dit in stand te houden en kan zich een slachtofferrol aanmeten. (zie ook slachtofferrol – kritiek) Negatieve gedachten leveren stress op, ons lichaam zal hier op reageren door krampachtig te worden, spieren trekken samen en zullen pijn veroorzaken, alsof er een last op onze schouders ligt. (zie ook stress)
Deze oude gedachten patronen en gedragspatronen zetten zich vast in ons spreken, gedachten, en onze daden. Negatieve gedachten zullen naar ons terugkeren en nog negatiever zijn. Gedachten zijn energie in beweging, zijn onze gedachten negatief dan zullen wij negatieve energie uitstralen. Negatieve gedachten zullen gezond verstand naar de achtergrond drukken.
“Ik kan dit niet” of “waarom is het leven zo moeilijk”, “ik wil niet”, is een veel gehoorde uitspraak bij mensen met negatieve gedachten. Het zijn negatieve uitspraken waarmee je jezelf blokkeert.
Maar hoe is de gedachte “ik kan dit niet” ontstaan? Veelal is dit een gedachte waarbij ervaring met iets ontbreekt. Men schiet eerst in de angst omdat ervaring, kennis ontbreekt en waarbij men eerst in de verdediging schiet om iets niet te doen. Angst laat ons dingen geloven die veelal niet op waarheid, werkelijkheid berusten. Angst is een slechte raadgever. Wij zullen eerst iets moeten proberen om erachter te komen of iets echt niet lukt, of dat je iets echt niet kan. Veelal laten wij onszelf blokkeren door een overtuiging, een mening die wij in onszelf hebben vastgezet. Door deze vastgezette overtuiging, mening laten wij onszelf niet toe om iets te proberen en dan pas erover te oordelen. Uit iets proberen kunnen de mooiste creaties voortkomen, want als je iets niet probeert weet je niet wat de uitkomst kan zijn.
Negatieve gedachten zijn veelal onzin gedachten die gebaseerd zijn op angst. Negatieve gedachten zijn gevuld met angst (zie ook angst) en veelal zijn wij ons dit niet bewust en hebben wij deze angst onbewust meegenomen uit het verleden, maar dat is het verleden, we leven in het nu, en jij bent de enige die ervoor kan kiezen in het “nu” te leven en ervoor te kiezen om je toekomst te creëren met je gedachte en je pijn, oud zeer en verdriet achter je te laten.
Het is de kracht van de gedachte.
Negatieve personen
Personen die negatief in het leven staan zullen niet probleemoplossend bezig zijn vanuit een passieve houding, vanuit een beknopt, beperkt bewustzijn, een lager- niet-bewust, onontwikkeld bewustzijnsniveau, omdat overzicht, inzicht, realiteitsbesef, kennis, wijsheid, waarheid, helderheid, begrip, inlevingsvermogen ontbreken. Zij zullen negatief, pessimistisch in het leven staan waarbij zij stoppen met doen, handelen, actie ondernemen, een passieve, rigide houding aannemen. Problemen, teleurstelling zien zij als een provocatie, uitlokking, de schuld van een ander en niet als kans en uitdaging om ervan te leren en persoonlijk te groeien. Men zal niet tot een oplossing komen, oplossingen uit de weg gaan, omdat zij een passieve, rigide houding hebben en niet verder denken, kijken omdat zelf verantwoording nemen ontbreekt. Een niet-bewust persoon zal zich gauw laten verleiden door onzinnige uitspraken te doen.
Negatieve personen zullen negatieve energie uitstralen. Zij laten veelal ontevredenheid, verbittering, woede zien wat voortkomt uit angst, onzekerheid. Zij stralen verbittering, boosheid, angst uit, zullen klagen waarbij zij andere mensen beïnvloeden, zullen afschrikken, afstoten, mensen zullen niet graag bij hen in de buurt willen zijn omdat zij met hun negatieve energie anderen energetisch zullen leegzuigen, leeg laten lopen. Er wordt een laag energetisch trilling niveau uitgestraald. Negatieve energie van een ander zal afstoten, ons verlammen, angstig maken en wij kunnen dit gevoel van de ander overnemen. Negatieve energie laat ons angst voelen. Angst is de meest negatieve vorm van energie.
Je zult zien, dat als je mensen spreekt met een lager- niet-bewust, onontwikkeld bewustzijnsniveau dat deze personen problemen uit de weg gaan maar over gebeurtenissen blijven praten en hierover klagen en blijven klagen. Omdat het probleem niet wordt opgelost, en zich vasthouden aan eigen standpunten, eigen gelijk, zienswijze, eigenwijsheid, wat een gebrek aan inzicht is, laten zij zichzelf toe dat hun wereld negatief is, zij zullen niet in oplossingen denken omdat zij bij alles problemen zien (die er veelal niet zijn, maar er een probleem van maakt) omdat de wil tot oplossen in hen ontbreekt en een passieve, rigide houding hebben waarin zelf verantwoording ontbreekt. Problemen worden niet opgelost, maar in stand gehouden, voor hen is een hoofdstuk nooit gesloten, waardoor zij niet verder kunnen, maar blijven hangen en zichzelf stopzetten in persoonlijke groei. Deze mensen zullen andere mensen afstoten, stralen negatieve energie uit waarbij een ander energetisch wordt leeg getrokken.
Zowel voor mensen die zelf negatief zijn, als voor mensen die in negatieve energie van een ander verblijven geldt, dat negativiteit, negatieve energie je leeg zal laten lopen qua energie, omdat negatieve energie negativiteit bevat. Als de ander negatieve energie bij zich draagt en uitstraalt, dan kunnen wij dit overnemen als wij niet lekker in ons vel zitten. Negatieve energie maakt ons gevoelig, vatbaar, kwetsbaar doordat de emotie angst hier een rol speelt. Negatieve energie kan ons beïnvloeden, wat veelal het geval is omdat wij ons dit niet bewust zijn, mits je met beide benen op de grond staat, geaard bent, of je door het negatieve gedrag van de ander heen prikt en je hier niet door laat beïnvloeden. We kunnen letterlijk “moe van onszelf of “moe van iemand anders” worden.
Positieve gedachten
Positieve gedachten zullen ons persoonlijk laten groeien. Positieve gedachten zijn gedachten die wij kunnen leren door anders tegen iets of iemand aan te kijken.
Positieve gedachten beïnvloeden ons gedrag ook, we worden er opener van, het hart gaat open en zullen dankbaar zijn, we hebben niet meer de behoefte om iemand anders te overtuigen, tegen te prediken.
Positieve gedachten zullen bij ons terug keren met nog positievere gedachten en zal ons gedrag en spreken veranderen. We voelen ons blij, ontspannen. Positieve gedachten zijn constructief.
Alle negatieve gedachten kunnen we ombuigen door ervoor te kiezen niet negatief te zijn maar positief.
“Kan niet” bestaat niet in de positieve wereld.
“Ik heb de mogelijkheid om …..” is de ombuigende uitspraak hier voor.
“Kan niet” bestaat niet in mijn woordenboek, alles kan. Lukt iets niet, blijf het proberen.
Positieve personen
Personen die positief in het leven staan zullen probleemoplossend bezig zijn vanuit een actieve houding, vanuit een verruimd bewustzijn, hoger- bewust bewustzijnsniveau, realiteitsbesef, omdat er meer overzicht, inzicht, realiteit, kennis, wijsheid, waarheid, helderheid, begrip, inlevingsvermogen aanwezig is. Zij zullen positief in het leven staan en zullen optimistisch in het leven staan waarbij zij actie, handelen, doen zullen laten zien. Problemen, teleurstelling, zien zij als een uitdaging, als een kans, een kans om te leren en persoonlijk te groeien. Men zal eerder tot een oplossing, conclusie, enz. komen, omdat zij een actieve houding hebben, verder denken of er andere alternatieven en oplossingen zijn. Zij zullen verantwoording nemen voor zichzelf. Een bewust persoon zal zich niet gauw laten verleiden door onzinnige uitspraken te doen.
Positieve personen zullen positieve energie uitstralen. Zij laten tevredenheid, vreugde, blijdschap zien, wat voortkomt uit liefde, deze vreugde, blijdschap stralen zij uit in oprecht lachen. Zij kunnen mensen inspireren, met wijsheid, waarheid, inzicht, compassie, mensen zullen graag bij hen in de buurt zijn omdat zij hun positieve energie doorgeven en waarbij anderen energetisch kunnen opladen. Er wordt een hoogenergetisch trilling niveau uitgestraald. Zij stralen energie uit ‘liefde’ energie uit. Positieve energie zal aantrekken. Positieve energie zal je opladen, vullen met vreugde, als de ander vol vreugde zat dan kan je dit gevoel overnemen van de ander. Positieve energie laat ons liefde voelen. Liefde is meest zuivere vorm van energie. (zie ook liefde)
Je zult zien dat als je mensen spreekt met een doorsnee of verruimer bewustzijnsniveau dat deze mensen over gebeurtenissen of ideeën praten en niet klagen. Zij laten zichzelf niet toe dat hun wereld negatief is, zij zullen in oplossingen denken, omdat zij geen problemen zien maar uitdagingen, kansen, omdat de wil tot oplossen in hen zit, een actieve houding hebben, waar zelf verantwoording voorop staat, waar persoonlijke groei voorop staat. Eenmaal een probleem opgelost is het voor hen klaar, het hoofdstuk is afgesloten en gaan verder. Deze mensen zullen andere mensen aantrekken, stralen positieve energie uit waarbij een ander energetisch kan opladen.
Beïnvloeding van buitenaf
Beïnvloeding van iets of iemand, anderen gebeurt dagelijks, het gaat erom hoe wij hiermee omgaan. Zijn wij in balans, of niet in balans waardoor wij kwetsbaar, gevoelig zijn. Staan wij sterk in onze schoenen of gaan wij mee in de beïnvloeding van een ander. Beïnvloeding van anderen kan positieve, goede, onschadelijke kanten hebben maar ook negatieve, foute, slechte, schadelijke kanten hebben.
Beïnvloeding van buitenaf zijn externe omstandigheden zoals bijvoorbeeld personen in bijvoorbeeld familie, collegae, vrienden, buren, tv, internet, sociale media, enz.
Al deze voorbeelden kunnen onze gedachten beïnvloeden door wat er wordt gezegd, gelezen, gehoord.
Veelal gaan we mee in wat anderen zeggen, wat we lezen, horen. Wij nemen klakkeloos aan dat wat de ander zegt waarheid is of dat het waarheid bevat en wat tot onrealistische gedachten bij onszelf kan leiden over iets of iemand zonder zelfonderzoek te hebben gedaan. Aan een verhaal zitten altijd twee kanten, door zelfonderzoek te doen, kun je de tweede kant ook te weten komen en er een eigen oordeel over geven.
Door beïnvloeding van buitenaf kunnen wij informatie tot ons krijgen die niet klopt, kan men een ander dingen laten geloven die niet waar zijn, veelal zijn het leugens die verspreid worden door middel van roddel, bommetjes gooien, chaos, drama creëren, waarbij de integriteit van een ander in diskrediet gebracht wordt om er zelf beter van te worden, of om iets te bereiken. (zie ook beïnvloeding van buitenaf)
Aanpraten
Zo ook kunnen gedachten aangepraat zijn of worden. Een voorbeeld hiervan is: dat iemand tegen je zegt dat je er witjes of ziekjes uit ziet. Als men dit meerdere keren tegen je zegt, ga je dit zelf geloven en ga je je er niet lekker bij voelen. Je gedachten maken je letterlijk ziek, echter heb je dit zelf laten gebeuren omdat je je hebt mee laten voeren door anderen, je hebt het je laten aanpraten zonder zelf erover nagedacht te hebben of wat er tegen je gezegd is wel klopt, of je jezelf echt ziek voelt.
Aan het denken zetten
Een iets of iemand anders kan ons aan het denken zetten. Veelal gebeurt dit aan de hand wat wij hebben gehoord of gezien. We worden getriggerd, gedachten worden getriggerd waardoor we aan het denken gezet worden. Gedachten over een iets wat we gezien of gehoord hebben kunnen indruk op ons hebben gemaakt. Dit kan zowel een positief al negatieve indruk bij ons hebben gegeven.
Gedachten over wat we gezien of gehoord hebben, een eerder gevoerd gesprek kan omhoogkomen, kan oppoppen, of blijven oppoppen, of kunnen niet losgelaten worden. Terug kerende gedachten over een onderwerp, iets of iemand zijn veelal gedachten waar nog iets mee moet gebeuren, waarover nagedacht moet worden, deze gedachten behoeven aandacht om uit te zoeken waarom ze bij ons blijven bovenkomen en waarom ze ons triggeren en waarom wij ze niet kunnen loslaten. Opkomende, terugkerende gedachten zijn gedachten die ons veel kunnen leren. Wij zullen moeten onderzoeken wat wij hiervan kunnen leren.
Op andere gedachten komen
Als wij uitzoeken waarom gedachten steeds terugkeren, die ons getriggerd hebben, en wij hier een antwoord op hebben gevonden, dan kan dit zeer verhelderend werken als wij hier voor open staan.
Door middel van oprechte beïnvloeding van buitenaf kunnen wij ook op andere gedachten komen of worden gezet. Veelal gebeurt dit in of na een gesprek, of door iets wat wij hebben gezien of gehoord, wat ons denken in gang heeft gezet.
Bezig zijn met wat anderen van ons denken
Wij kunnen uren, dagen, jaren met onze eigen gedachten bezig zijn over en met wat anderen van ons denken, vinden, waardoor wij onszelf toe laten dat een ander invloed heeft op onze gedachten en die daarmee ons leven laten bepalen. Veelal hebben wij zelf niet door dat een ander niet met ons bezig is, maar wij wel met hen, en dat wij met onze eigen gedachten over hen onszelf toestaan welke invloed een ander over onzen eigen gedachtes hebben.
Denken wij iets te weten, of weten wij iets. Hierin zit een groot verschil. Bij denken iets te weten gaan wij af op eigen aannames, vermoedens, op iets wat wij hebben gehoord.
Bij weten, gaan wij af op iets wat wij hebben geleerd waardoor wij weten, of gaan wij af op feiten.
Volgens mij, ik denk, ik heb zo’n vermoeden, ik neem aan dat, allemaal zinnen die aangeven dat wij het niet zeker weten maar ervan uit gaan en denken dat het zo is.
Ervan uit gaan: vertrouwen, hopen, afgaan op, rekenen, steunen, zich verlaten op, aannemen, veronderstellen, overtuigd zijn.
Mensen die iets weten zullen deze kennis, die gebaseerd is op feiten delen. Zij gaan niet uit van wat zij denken, maar gaan uit van wat zij weten.
Je kunt jezelf afvragen waarom je je gedachten “over een ander” laat bepalen. Komen deze gedachten voort uit boosheid, verbittering, haat? Als je je vasthoudt aan boosheid, verbittering, haat jegens die iemand, dan blijf je aan die persoon verbonden. Je zult zelf een keuze moeten maken om verbonden te blijven met die persoon of dat je de verbondenheid laat stoppen. Dit kun je doen door tegen jezelf te zeggen: Ik laat het los, ik wil niet met mijn woede, verbittering, haat aan die persoon verbonden blijven.
Je kunt je leven niet door je eigen gedachten over een ander laten bepalen over hoe of wat anderen van of over ons denken. Laat je jezelf dit toch toe, dan geef je de ander “gedachten macht” en geef je je eigen kracht en macht uit handen.
Denken en bedenken voor anderen – betweter
Als iemand niet goed in zijn vel zit, niet in balans is, in een zelfgecreëerde slachtofferrol zit, enz., wordt men meester in “denken, bedenken voor een ander, in antwoorden invullen voor, en over anderen”. Waarom men dit doet is omdat men de eigen controle wil houden.
Mensen die denken voor anderen, denken, menen, voor een ander te weten wat het beste voor hen is. Zij laten dit zien door een ‘ik weet het beter houding’ te laten zien en te ventileren, ten toon te spreiden waarbij zij als arrogant, betweterig overkomen.
Een betweter is iemand die laat merken iets beter te weten dan een ander, iemand die meent alles beter te weten dan anderen. Een betweter is een bemoeial, eigenwijs, een eigenwijs mens die altijd iemand tegenspreekt, pedant, weetal, wijsneus. Betweterigheid kan ook voortkomen uit een persoonlijkheidsstoornis welke erfelijk is bepaald of ontwikkeld.
Betweters hebben de gewoonte nooit raad van anderen aan te nemen, en gedragen zichzelf dat het lijkt alsof ze zichzelf belangrijker en verstandiger vinden dan ieder ander. Betweters denken voor anderen te weten wat het beste voor een ander is. Omdat zij deze houding hebben zullen zij met de uitspraken die zij doen geen rekening houden met de gevoelens van anderen en wat hun woorden kunnen doen of aanrichten. Zij oordelen snel zonder hierover nagedacht te hebben.
Bij betweters kun je denken, “als zij het allemaal zo goed weten, waarom hebben zij dan zoveel problemen, hoe zijn zij dan in hun situatie terecht gekomen waarin problemen centraal staan en hier volop over wordt geklaagd”. “Waarom lossen zij hun problemen dan niet op als zij het zo goed weten?”.
Een betweter is een iemand die denkt, meent alles beter te weten dan een ander, een wijsneus. Ware kennis, wijsheid uit ervaring zal ontbreken, maar zullen zich voordoen “de wijsheid in pacht te hebben”. Uitspraken die zij doen, zullen belachelijk, ridicuul zijn, onnozel en deze personen komen niet in aanmerking om een ander van advies te dienen. Het is een houding uit zelfverdediging, zelfbescherming om zich staande te kunnen houden. Wordt het ‘beter weten’ betwist, worden zij op feiten gewezen, dan zullen zij om zich heen gaan slaan, zij zullen of woordelijk gaan vechten of vluchten.
Als een betweter iets niet zint, of iets niet loopt zoals zij denken dat iets ‘moet’ lopen dan zullen zij zich gekwetst voelen waarbij zij voor zichzelf aannames doen en antwoorden invullen waarvan zij een ander de schuld geven. Voor hen is het gemakkelijker iemand anders de schuld te geven dan de waarheid onder ogen te zien, te komen.
Omdat zelfinzicht, waarheid, wijsheid, realiteitsbesef, verantwoording ontbreken, zullen zij met vastgeroeste gedachte niet nalaten, het denken voor anderen en antwoorden invullen voor anderen te ventileren door te klagen naar anderen, waarmee men gaat manipuleren, en veelal hoor je achter het gezegde het woordje “toch”. Met het zeggen van het woordje toch maak je de vraag vragend en zal de ander hierop moeten reageren in de vorm van een ja of een nee. Door te denken voor anderen en dit te ventileren, wordt er drama en chaos gecreëerd. Worden betweters geconfronteerd door de ander met hun eigen ‘kwetsende uitspraken, oordelen, vooroordelen’ dan zullen zij dit ontkennen, snel aangebrand zijn, in de irritatie modus gaan, emotioneel worden.
Emotioneel worden heeft te maken met het gevoel van angst, onzekerheid en onmacht, men heeft geen controle meer over de situatie, omdat er geen controle meer is, wil men weg vluchten en gaat men manipuleren. Het is teruggaan naar de kindertijd. Je kunt dit uitleggen als: toen je klein was en er gebeurde iets niet wat jij graag wilde ging je huilen (aandacht) om toch iets voor elkaar te krijgen, wat soms wel gebeurde maar soms ook niet (gekwetst). Emotioneel worden is ook een afleidingstechniek om medelijden, een schuldgevoel te ‘kweken’ bij een ander zodat zij zelf worden ontzien.
Betweters zitten veelal in een slachtofferrol omdat zij denken dat zij zelf nooit verantwoordelijk voor iets zijn, maar juist zelf slachtoffer te zijn geworden. Personen in een slachtofferrol zijn meesters in het bedenken en denken voor anderen en excuses voor henzelf te verzinnen. Een hiervan is: ze snappen me niet, een ander snapt mij niet. Hoe zij ook hun best doen hun gedachtegang aan een ander uit te leggen, zij blijven denken dat een ander hen niet snapt of wil snappen, waarbij zij letterlijk voor een ander denken. Deze gedachtegang komt veelal voort uit een lager bewustzijnsniveau en een niet realistische gedachtegang.
Als anderen hen confronteert met een niet realistische gedachtegang, of met hun eigen kwetsende uitspraken die zij hebben gedaan, zullen zij aangeven dit niet gezegd te hebben, verdraaien het verhaal, geven aan niet begrepen te zijn, ontkennen de waarheid, enz. Zij zullen geen sorry zeggen, maar de ander verwijten dat zij hen gekwetst hebben met hun confrontatie uitspraken. Zij zullen in de tegenaanval gaan waarbij zij een defensieve houding aannemen wat kan uitmonden in weglopen, woede, of een fysieke aanval. Slechte kanten van mensen kunnen naar boven komen als zij boos, gefrustreerd, geïrriteerd, enz. zijn.
Mensen kunnen snel in woede ontsteken, net zo snel als je een lucifer afstrijkt. Iets in hen is altijd paraat om boos te worden, alsof men aldoor op zoek is naar een reden om razernij te uiten. Als je dit door hebt, is het niet verstandig om met deze mensen in discussie te gaan, de situatie kan omslaan in agressie of geweld.
Mensen kunnen een “ik weet het altijd beter” mentaliteit hebben, deze mentaliteit kan anderen afschrikken, en na een tijdje kunnen er mensen door deze mentaliteit afhaken omdat deze houding niet wordt geaccepteerd of gewaardeerd.
Je moet niet voor een ander denken, ieder loopt zijn eigen pad en heeft zijn eigen ‘agenda’. Door denken voor een ander, zal dit pad in de war worden geschopt. Pas als er gevraagd wordt mee te denken is het vroeg genoeg.
Dialoog of monoloog
Dialoog: gesprek tussen twee mensen
Monoloog: gesprek waarbij één persoon aan het woord is
Interne dialoog: inwendig, innerlijk gesprek met jezelf en je eigen gedachten
Als iemand praat, dan spreekt men zijn/haar gedachten uit. Als wij in gesprek zijn met anderen dan spreken wij tegen over anderen onze eigen gedachten uit. Deze gedachten zijn gevormd door ervaringen, de emotie die eraan hangt, we wisselen ervaringen uit aan de hand van onze gedachten.
Als wij samen zijn met andere mensen dan zullen wij een gesprek voeren, een dialoog, een gesprek tussen twee mensen. Er zal actie reactie zijn. De een verteld iets vanuit de ervaring en de emotie, waarop de ander reageert vanuit zijn/haar ervaring en emotie. Dialoog gesprekken kunnen mooie gesprekken zijn waarbij ervaring en emotie van eenieder tot elkaar kunnen komen en waaruit een nog beter inzicht gekomen kan worden.
Ook kan het voorkomen dat er een gesprek wordt gevoerd, waarbij alleen een partij aan het woord is, en een ander niet eens de kans krijgt om iets te zeggen, het is een monoloog gesprek, een eenzijdig gesprek waar wel publiek bij aanwezig is, maar die niet de kans krijgt zelf iets te zeggen. Veelal zijn eenzijdige gesprekken waar wel publiek bij aanwezig is, ‘klaag gesprekken’. Mensen die monoloog gesprekken voeren zijn zich niet bewust dat zij geen ruimte voor een ander laten om te reageren, of worden zelfs boos als een ander hen onderbreekt, in de reden valt, interrumpeert.
Hoe kijken wij tegen onszelf aan, hoe beïnvloedbaar zijn wij voor onze eigen gedachten?
Ieder mens voert interne dialogen met zichzelf, interne dialogen zijn gesprekken die wij in gedachten met onszelf voeren. Deze interne dialogen beginnen als wij opstaan, en eindigen pas als wij in slaap zijn gevallen. Veelal zijn dit onschuldige interne dialogen die wij met onszelf voeren, van “wat trek ik aan vandaag, zit mijn haar wel goed, zal ik met de fiets of met de auto gaan, wat zal ik eten vanavond, enz. enz.”. Allemaal vragen waar wij onszelf een antwoord op geven. Ook kunnen wij interne dialogen met onszelf voeren die niet zo onschuldig zijn en die ons leven een andere richting in kunnen sturen maar waar wij zelf verantwoordelijk voor zijn, omdat wij deze gedachten zelf hebben gecreëerd en toestaan.
Wat zeggen wij tegen onszelf? Uit wat wij tegen onszelf zeggen is veel uit op te maken hoe wij met onszelf omgaan en hoe wij tegen onszelf aankijken, en wat wij eigenlijk van onszelf vinden. Bijvoorbeeld: ik walg van mijzelf, ik ben niets waard, ik kan dit niet, ik mag niet huilen, ik mag niet om hulp vragen, ik moet het zelf kunnen, enz.
Maar, klopt het wel wat wij tegen onszelf zeggen? Veelal liegen wij tegen onszelf omdat zelfinzicht ontbreekt. Als je bijvoorbeeld bovenstaande voorbeelden tegen jezelf zegt in een interne dialoog met jezelf, en dit blijft zeggen tegen jezelf, en blijft herhalen in een interne dialoog met jezelf, steeds maar weer opnieuw, dan zal het resultaat zijn dat je er zelf in gaat geloven en er niet meer uitkomt. Want hoe komen wij aan onze gedachten dat wij bijvoorbeeld walgen van onszelf, dat je niets waard bent, dat je iets niet kan, enz.? Veelal is er aan deze gedachten iets voorafgegaan (een situatie, een gezegde van anderen) waardoor wij onze gedachten hebben laten bepalen en wij ons een negatief beeld van onszelf hebben gevormd en ingeprent en wat wij voor waarheid hebben aangenomen en wat voor ons waarheid is geworden.
Vraag jezelf eens af als je een innerlijk dialoog met je zelf voert en je tegen jezelf zegt dat je: bijvoorbeeld: “het niet waard om geliefd te zijn”. Waarom ben je het niet waard om geliefd te zijn? Wie bepaald dat? De buitenwereld? Nee, alleen jij bepaalt dat, niemand anders heeft het recht om over jou te oordelen en met de innerlijke dialoog in jezelf zeg je tegen je zelf dat je niets waard bent en doe je jezelf tekort en oordeel je het hards over jezelf.
Gedachten hebben kracht, gedachten kunnen snel een eigen leven gaan leiden waardoor je een “eigen waarheid” creëert welke veelal zijn gebaseerd op oude overtuigingen, oude gedachtepatronen, oude gevormde meningen, oude geloofssystemen.
Als wij onze eigen negatieve gedachten voor waarheid aanzien, aannemen of hebben aangenomen dan zijn wij hierin gaan geloven en hebben wij dit als overtuiging in onszelf vastgezet. Als dezelfde gedachten langer spelen, dan gaan wij hier zelf in geloven. Hiermee creëren wij onze dag, toekomst, gevoel, waarheid, gedrag, vanuit onze ervaring die wij in het verleden hebben gecreëerd. Vanuit die ervaring gaan wij leven of leven verder. Negatieve gedachten, negatieve interne dialogen met onszelf kunnen valkuilen worden omdat wij onszelf met beperkte gedachten beperken en ons laten beïnvloeden. Hoe langer wij dezelfde negatieve gedachten hebben, hoe groter deze negatieve gedachten voor ons worden en op een bepaald moment ook voor ons zijn en wij ons hiernaar gaan gedragen.
Als men negatief tegen zichzelf blijft praten, negatieve interne dialogen met zichzelf blijft voeren, dan kan het niet anders dan dat men zichzelf beperkt, benadeelt en zich zielig zal voelen. Wij kunnen onszelf dingen aanpraten die er niet zijn, niet realistisch zijn, onzin zijn, en waarmee wij onszelf voor de gek houden maar waarin wij wel geloven en waarmee wij de maker van onze gedachten zijn. Niemand anders dan jijzelf is en bent verantwoordelijk voor deze gedachten.
Onze eigen gedachten kunnen ons passief maken, ons lam leggen, kunnen ons excuses laten verzinnen om iets niet te doen. Je denkt iets en het gevoel wat wij bij deze gedachten ervaren zal ons doen reageren.
Onze reactie op onze gedachten kunnen zijn dat we boos worden, teleurgesteld, gefrustreerd als iets niet loopt zoals is bedacht, verwacht dat het zou moet lopen, en waarvan wij anderen hiervan de schuld geven.
Veelal vergeten we, dat we zelf de gedachten hebben gehad, doordat we deze gedachten zelf hebben gecreëerd en dat je hier zelf verantwoordelijk voor bent en niemand anders. (zie ook emotie – verwachting).
Het is een balans vinden tussen overtuigingen en ervaringen waardoor er harmonie en vrede en liefde in onszelf zal zijn.
Als we op weg naar bewustwording, spirituele groei zijn zal je merken dat het “denk gedrag” van groot belang is. Denken, het ego (zie ook ego) dit is hoe we nu denken. Hoe denken we, positief of negatief en hoe is ons gedrag hierbij. (zie ook ons eigen gedrag – positief negatief)
Overtuigingen – Oude gedachtepatronen – Oude denkpatronen
Iedereen heeft overtuigingen, overtuiging: een vaststaande mening, sterke mening of geloof. Maar hoe is deze overtuiging tot stand gekomen?
In het verleden hebben wij geleerd van ouders, verzorgers, leermeesters, anderen, dit is gebeurd naar goeddunken, naar kunnen van deze mensen. Zij hebben hun best gedaan om hun kennis, ervaring op ons over te brengen. Naar wat wij geleerd hebben vormt zich een overtuiging, een geloofsysteem. Als wij jong zijn dan leren wij wat anderen ons zeggen, aangeven. Veelal wordt dit leren doorgegeven vanuit normen en waarden die men zelf heeft meegekregen.
Overtuigingen kunnen diep geworteld zitten, deze overtuigingen zijn meestal het gevolg van wat wij hebben geleerd, mee gekregen hebben van anderen of wat wij hebben meegemaakt in het verleden of wat wij zelf hebben bedacht.
Overtuigingen kunnen zo diepgeworteld zitten in onszelf, omdat wij deze overtuigingen als waarheid hebben aangenomen, en het voor ons de “werkelijkheid” gevormd heeft, dat het ons gaat belemmeren, beperken in ons dagelijks leven omdat wij de gedachten aan deze overtuigingen kracht hebben gegeven en wij ons dagelijks leven laten bepalen en beheersen in ons gedrag en welke veelal gebaseerd zijn op angst.
Overtuigingen, oude gedachtepatronen, oude denkpatronen, oude gedragspatronen kunnen zo ingesleten, vastgeroest zitten wat kan leiden tot rigide gedrag.
Rigide; streng volgens de regels, star, onverbiddelijk. Rigide gedrag is aangeleerd gedrag van wat men in het verleden heeft geleerd en in overtuigingen in ons denken is vastgezet, ingesleten en hebben aangenomen zonder dat er eigen ervaring aan te pas is gekomen. Rigide gedrag zal ons belemmeren, beperken, we zullen frustratie gaan voelen, we worden boos op onszelf, we zullen ons schuldig voelen, we voelen pijn, we voelen verdriet. (zie ook basislessen – basisbehoeften)
Rigide gedrag kan ook voortkomen uit een persoonlijkheidsstoornis welke erfelijk is bepaald of is ontwikkeld.
Ook kunnen onze eigen gedachten ons passief maken, passief: wie niet geneigd is om in actie te komen, zonder zelf actief te zijn, waarbij niets gedaan wordt.
Passief gedrag zal ons lam leggen omdat wij er zelf voor gekozen hebben niet actief te zijn.
Passief gedrag zal gaan opvallen, omdat men er wel over blijft praten maar actie ondernemen achterwege laat.
Als anderen, de buitenwereld, op passief gedrag wijst dan zal er altijd een excuus worden gegeven waarom er iets niet gedaan is of wordt. Veelal gaan deze excuses om iets niet te doen gepaard met boosheid, teleurstelling, frustratie, en met schuld naar een ander afschuiven, maar welke voortkomen uit innerlijke angst waarvan men zichzelf niet bewust is omdat zelfinzicht ontbreekt. Bij ontbrekend zelfinzicht zal men nooit bij zichzelf te rade gaan en zichzelf afvragen “wat is mijn eigen aandeel geweest in het probleem wat ik nu heb, en is het wel een probleem.
Oude denkpatronen, oude gedragspatronen, oude overtuigingen kunnen ons leven beheersen. Oude denkpatronen, oude overtuigingen bepalen ons gedrag. Als wij in een situatie zitten zal het onbewuste in ons gaan zoeken naar een voorbije situatie en de reactie die daarop is gegeven en de emoties die zich destijds gevormd hebben. Het onbewuste zoekt naar een referentiepunt uit het verleden. Als dit referentiepunt gevonden is, zal de reactie en emotie weer herinnerd worden en naar boven komen, doordat dit naar boven komt zal je dat herinneren en voelen en ernaar handelen. Het hoeft niet in te houden dat het altijd zoals de voorbije reactie hoeft te gaan. Door aandacht te besteden aan wat er is gebeurd, het oude gedachtepatroon, oude denkpatroon, oude gedragspatroon en deze te herprogrammeren zal of kan de blokkade en de pijn en verdriet die we voelden worden opgelost.
Negatieve overtuigingen, oude gedachtepatronen, oude denkpatronen, oude gedragspatronen kunnen ons blokkeren waar wij ons veelal niet bewust van zijn, omdat deze er al zo vast zijn ingesleten en vastgeroest, dat wij letterlijk vast zitten in onze eigen gecreëerde negatieve patronen en ze in stand houden omdat wij ons hier niet van bewust zijn.
Negatieve overtuigingen, gedachtepatronen, gedragspatronen zullen een uitwerking op de mens hebben en een mens geen goed doen en zullen zijn uitwerking hebben op ons gedrag. Ons gedrag zal gepaard gaan met boosheid, woede, frustratie, weerstand, angst, innerlijke pijn verdriet. Pijn, verdriet, emotie die niet verwerkt is zal ons doen laten lijden. (zie ook verwachting – pijn lijden of leiden) Ook onze eigen energie zal en kan door een energetische blokkade niet meer vrij door ons lichaam kunnen stormen en zal energetische blokkades opwerpen. Elke negatieve gedachte die wij door ons heen laten gaan is verspilde energie. (zie ook energie)
Als wij oude negatieve gedachtepatronen, oude negatieve overtuigingen, oude negatieve gedragspatronen in stand houden dan kan dit leiden tot een depressie, en veelal zijn wij ons niet bewust dat wij dit zelf gecreëerd hebben.
Angst zal ons veranderen
Angst voor onze eigen gedachten kan ons in de weg gaan zitten, en kan ons gevolgen geven, zoals blokkeren, dingen nalaten, ons gedrag zal veranderen omdat angst ons in de greep houdt. Wij zullen afwijkend gedrag gaan vertonen, zowel in woorden als in daden.
Met angst gedachten zullen er niet realistische gedachten geschapen worden, waarbij de ‘echte’ perceptie komt te vervallen, er zal afwijkend gedrag in denken, doen en voelen zijn. De perceptie is anders dan die van andere personen en (vaak) niet reëel en realistisch. Perceptie: waarnemingsvermogen, ervaring en beoordeling van iemand, bewustwording en verwerking van een prikkel ontvangen door een van de zintuigen.
Fantasie en werkelijkheid kunnen door elkaar heen gaan lopen, die niet berust op de perceptie, logica, rede belevingswereld, en waarheid van een ander.
Fantasie en werkelijkheid kunnen door elkaar gaan lopen en zich een wereld van waanideeën vormen. Waanidee: Illusie, inbeelding, ongegronde gedachte, ongegrond idee, onjuiste voorspelling, verbeelding, waanbeeld, verkeerd denkbeeld.
Waanideeën kunnen leiden tot paranoïde gedrag.
Paranoia: geestelijke stoornis waarbij iemand zich dingen inbeeldt, bijvoorbeeld dat men in de gaten wordt gehouden en belaagd, overmatige achterdocht, waanzin, vorm van chronische geestesstoornis waarbij waanvoorstellingen en hallucinaties optreden.
Paranoïde mensen zijn in de veronderstelling dat anderen er altijd op uit zijn om hen ‘te pakken’, hen iets aan te doen of zal, zullen aandoen. Zij denken dat anderen dit bewust en met opzet doen, en zien dit als een persoonlijke aanval om hen te schaden, nadeel te laten ondervinden, slachtoffer te laten worden en ervaren hierdoor anderen als een bedreiging. In hen is een angst die hen drijft waarvan men denkt dat ‘een ander het beter heeft’ en misbruik van hen wil maken.
Vanuit innerlijke angst, vertrouwen zij niemand, zijn achterdochtig, wantrouwen alles. Bij wantrouwen zoekt men overal iets achter en gaat men complotten zien. Het beeld wat zij hebben is gevormd door innerlijke angst en zullen alles als een persoonlijke aanval, bedreiging zien. Zij handelen, gedragen zich vanuit angst omdat het wereldbeeld wat zij hebben een verwrongen beeld is, met een onjuist gevoel en waarbij zij denken zichzelf te moeten verdedigen en zullen zich defensief opstellen. Bijvoorbeeld een grapje, iemand maakt een grapje zonder kwade bedoelingen. Zij vatten dit grapje persoonlijk op en kiezen de aanval in de vorm van felheid, boosheid, omdat zij het grapje als persoonlijk interpreteren, en vinden en denken dat zij zich moeten verdedigen.
Paranoïde personen zien overal complottheorieën, gevaar, en bedreiging die gebaseerd zijn op eigen gedachtes, op eigen aannames, op eigen overtuigingen en die niet op feiten, bewijzen berusten en voortkomen uit angst. Deze eigen gedachten zijn veelal voortgekomen vanuit waanideeën, fantasie. Op voorhand verdenken zij al iets of iemand die zich in hun ogen ‘verdacht gedraagt’. Als je hen confronteert met de echte waarheid, bewijzen, feiten, dan zullen zij dit niet aannemen en als waarheid zien, zij zullen de feiten en bewijzen blijven verdedigen, wegwuiven en afschilderen als ‘niet waarheid’.
Paranoïde mensen zijn altijd op zoek naar manieren om anderen te schaden of te manipuleren, zijn kil en koud omdat gevoel ontbreekt, en gemeen omdat emotie, geweten ontbreekt. Veelal zijn zij boos, gefrustreerd, prikkelbaar, kritisch, vijandig naar de buitenwereld en geven als excuus voor hun gedrag een ander de schuld. Zij erkennen niet, zien niet in en geven toe, dat zij zelf een probleem hebben waar zij zelf verantwoordelijk zijn. Doordat zelfinzicht ontbreekt, zal het gedragspatroon zich herhalen en blijft herhalen, omdat zij niet leren vanuit eerder opgedane ervaring. (zie ook manipulatie)
Omdat zij geen lering trekken vanuit eerder opgedane ervaring en zij het gevoel hebben dat een ander hen bewust met opzet iets aandoet kunnen zij niet met emoties die zij voelen overweg. Zij zitten met negatieve gevoelens, angst, met haat, nijd, waar zij zich geen raad mee weten. Veelal ontstaat hieruit de emotie verbittering, wrok, rancune, en bij verbittering en wrok zoeken wij een schuldige die moet boeten.
Wij zoeken vergelding, wij willen dat iemand gestraft wordt voor datgene wat de ander heeft gedaan. De ander moet ‘boeten’, gestraft worden. Gedachten dat iemand gestraft moet worden, moet boeten kunnen omslaan in vergelding, in wraak nemen. Wat de ene al lang vergeten is, kan bij paranoïde mensen niet vergeten worden. Vergelding, wraak nemen, kan bij paranoïde mensen ‘even’ duren, waarbij zij verbittering, wrok, rancune koesteren, maar er zal vergelding, wraak genomen worden. Als zij zich vergelden, wraak nemen, kan dit om een iets zijn wat jaren geleden heeft plaatsgevonden, maar vergelding, wraak kan ook gelijk genomen worden. Omdat ze paranoïde zijn, ‘pakken’ ze jou eerst voordat jij hen kan pakken. Zij leven in de veronderstelling dat een ander het beter heeft, en als zij iets niet ‘krijgen’, een ander het krijgt. Doordat zij zo denken, denken zij dat ‘de aanval is de beste remedie’ is. Een aanval kan woordelijk zijn, en veelal doen zij dit al op voorhand, en beschuldigen een ander, een iemand van iets wat niet waar is onterecht is en waarmee zij denken een ander een stap voor te zijn. Of ‘de aanval is de beste remedie’ kan overslaan in fysiek geweld naar een ander.
In hun waanideeën kunnen zij omslaan naar een ander waarbij zij de ander als bedreiging, gevaarlijk zien, is of overkomt en wat voortkomt uit een waanidee. Deze mensen kunnen van het een op het andere moment omslaan en ‘flippen’. Als zij het gevoel van bedreiging hebben kunnen zij acuut gevaarlijk worden vanuit het beeld en de angst wat zij hebben, zij zien een ander als gevaarlijk en voelen zich bedreigd en uit zelfbehoud zoeken ze vergelding. De vergelding kan bijvoorbeeld tot uiting komen door fysiek geweld te gebruiken.
Paranoia maakt het moeilijk, zo niet onmogelijk om een relatie van welke aard dan ook, een vriendschap vol te houden, omdat vertrouwen in een ander ontbreekt, er is altijd achterdocht omdat er niet rationeel, realistisch wordt nagedacht. Over alles en iedereen betwijfelen zij, wantrouwen zij, de oprechtheid van een ander op rationele, realistische grond.
Dit gedrag kan bijvoorbeeld doorslaan wat tot uiting komt of kan komen in anderen: controleren van de relatie van welke aard dan ook, iemand ongegrond onterecht beschuldigen, eisen stellen, chanteren, enz. Het gedrag wat zij vertonen zal zijn: streng, krijgen, hebben, houden.
Deze mensen zullen zelf geen hulp zoeken, accepteren omdat zij vinden dat zij geen hulp nodig hebben, maar juist een ander. Paranoïde gedrag komt veelal voort uit een persoonlijkheidsstoornis welke erfelijk is bepaald of is ontwikkeld.
Wie wil ik zijn?
De vraag “wie wil ik zijn”, kom je veelal tegen als je in een bewustwordingsproces zit, of als je met persoonlijke groei bezig bent. Karaktertrekken, gedachtegangen, kunnen wij aan onszelf niet meer leuk vinden, waarvan wij balen en wij onszelf in de weg zitten, er is onbalans in ons leven, totdat je zelf het heft in eigen hand neemt, je verantwoordelijkheid voor jezelf neemt en bereid bent om jezelf te veranderen, door met jezelf de confrontatie aan te gaan, door je eigen geloofssysteem te onderzoeken op waarheid.
Het is een balans vinden tussen overtuigingen en ervaringen waardoor er harmonie en vrede en liefde in onszelf zal zijn.
Jezelf veranderen is bewustwording. Bij bewustwording heb je altijd een keuze. Bij bewustwording staat liefde, eerlijkheid en oprechtheid voorop. Als deze drie niet voorop staan laat je jezelf door angst en schuldgevoel leiden en beheersen. (zie ook angst)
Als we op weg naar bewustwording, spirituele groei zijn zal je merken dat het “denk gedrag” van groot belang is. Denken, het ego (zie ook ego) dit is hoe we nu denken. Hoe denken we, positief of negatief en hoe is ons gedrag hierbij. (zie ook ons eigen gedrag – positief negatief)
Hoe kunnen wij anders gaan denken
Bij anders gaan denken zullen wij ons eerst bewust moeten zijn dat wij willen veranderen, dat wij persoonlijk willen groeien, en dat wij ons bewust moeten gaan worden van onze eigen gedachtegang. Maar hoe bewust zijn wij van onze gedachten? Zijn wij ons wel bewust van onze eigen gedachten, en onze eigen gedachtegang? Hebben wij zelf in de gaten dat wij niet realistische, negatieve gedachten hebben die ons leven dagelijks beheersen en waar wij ons naar gedragen.
Zelfstandig nadenken
Bewustwording, persoonlijke groei kun je leren en bereiken als wij zelfstandig gaan nadenken. Kunnen wij zelfstandig nadenken, of gebruiken wij nog steeds ons eigen in het verleden geloofsysteem welke gevuld is met overgenomen meningen, denkwijze, of dat wij “leunen op het advies van anderen”, of dat wij anderen voor ons laten denken, enz.
Zelfstandig nadenken kan zeer verhelderend werken als wij hier voor open staan.
Nadenken is bewustzijn creëren, nadenken kan ons inzicht in onszelf verschaffen. Gedachten kunnen vragen worden, vragen leiden tot iets, vragen kunnen antwoorden worden.
Word je bewust van je eigen gedachten
Met gedachten, met denken draait alles om bewustwording. Zijn wij ons bewust wat wij denken en wat we zeggen.
Zijn wij ons bewust wat ons gedrag is en dat ons denken met dit gedrag te maken heeft. Dat alles een wisselwerking is.
Gevoel wordt beïnvloed door ervaringen en overtuigingen.
Hoe is onze gedachtegang, onze redenering, onze innerlijke dialoog? Hoe kijken wij tegen onszelf aan, hoe beïnvloedbaar zijn wij voor onze eigen gedachten? Welke waarde hebben wij gehangen aan onze eigen gedachten vanuit het verleden? Zijn wij ons bewust wat wij zelf denken? Hebben wij het besef, het inzicht, het reëel bewustzijn over, hoe en wat wij zelf denken.
Leren
Als wij iets willen leren dan zal hier veelal de wil achter zitten om iets te kunnen, om ergens beter in te worden. Op school zullen wij de basis leren, maar na het voorgezet onderwijs houdt het veelal op. Wij zullen iets moeten snappen, begrijpen willen wij iets leren.
Bijvoorbeeld: als je wil kunnen zwemmen, neem je zwemlessen, als je een taal wilt leren dan neem je taalles, enz.
Alles wat wij nog niet kennen, kunnen wij nog niets en zullen daar les is moeten krijgen. Door les te nemen zullen wij van iets niet snappen, naar iets begrijpen gaan. Hoe meer wij oefenen hoe meer wij het onder de knie krijgen, hoe meer ervaring we opdoen, en uiteindelijk kun je het. Leren is energie ergens insteken, aandacht besteden, gemotiveerd zijn om iets te doen, alleen met aandacht besteden, motivatie en energie ergens insteken komen wij ergens.
Om onze eigen gedachten te kunnen begrijpen, zullen we moeten leren hoe deze gedachten zijn ontstaan. Gedachten kunnen ons problemen geven, een mooie quote van Albert Einstein is: “We cannot solve our problems with the same thinking we used when we created them”.
Ofwel: We kunnen een probleem niet oplossen met dezelfde denkwijze die we gebruikten toen we ze creëerden.
Als wij steeds dezelfde problemen blijven tegenkomen, dan zullen anders moeten gaan denken om deze problemen opgelost te krijgen.
Gedachten worden gecreëerd
Ons dagelijks leven hangt van gedachten af omdat wij deze gedachten zelf creëren. Ieder moment zal er een gedachten in je hoofd zijn, de een laat je gaan, de ander zet je aan tot actie. Onze gedachten kunnen alle kanten uit gaan, maar zijn het realistische gedachten of zijn het negatieve, onzin gedachten? Wij zullen ons eerst zelf bewust moeten worden hoe wij zelf denken en wij zullen moeten leren onderscheidt te maken in onzin gedachten en serieuze gedachten.
Onze eigen innerlijke gedachten kunnen zo krachtig zijn dat wij deze gedachten zelf geloven, maar wat veelal op onzin gedachten berust. Met onze eigen gedachten kunnen wij onszelf letterlijk gek, ziek maken en kunnen wij blijven hangen in oude gedachtepatronen.
Halen wij gedachten in ons hoofd die niet waar zijn, die wij denken te ‘zien’ en daarin geloven?
Onrealistische gedachten zijn veelal gedachten die op angst gebaseerd zijn. Angst kan ons dingen laten zien en geloven die er niet zijn, maar waar wij ons wel aan vasthouden. Alles wat wij denken lijkt voor ons waarheid. Alles wat wij aandacht geven zal groeien. Dit geldt voor zowel positieve dingen, gebeurtenissen als ook voor negatieve dingen, gebeurtenissen.
Wij kunnen ons bewust worden welke gedachten wij hebben en deze zelf te filteren, te scheiden in positief of negatieve gedachten. Wij zullen moeten leren onze gedachten te scheiden op zin en onzin gedachten. Wij zullen moeten leren wat een eigen gedachte met ons doet.
Veelal nemen wij onze eigen gedachten te serieus, terwijl de meeste gedachten onzin zijn omdat deze gedachten op oude meningen, overtuigingen, oordelen gebaseerd zijn en veelal negatief zijn. Negatieve gedachten zullen volgens een oud patroon ontwikkeld zijn. Deze gedachten zijn niet meer neutraal, ze zijn gekleurd, zullen met een oordeel, vooroordeel omgeven zijn. Negatieve gedachten zullen een referentiepunt hebben. Een verleden punt waardoor dit negatieve gevoel en gedachte is ontstaan waar steeds naartoe wordt gegaan als de negatieve gedachten opkomen.
Filter je gedachten
Wij kunnen zelfsturing geven aan onze gedachten als wij ons bewust zijn van onze eigen gedachten. Belangrijk te weten is dat je altijd een eigen keuze hebt. Je kunt ervoor kiezen je er van bewust te worden hoe je gedachten zijn, dat je je bewust wordt van je eigen gedachten, en dat je een keuze hebt hoe deze gedachten zijn, en dat je gedachten kunt sturen omdat je gedachten zelf creëert.
Raadpleeg je geweten bij alles wat je doet
Geweten: gevoel voor wat goed en kwaad is, het geestelijk vermogen tot morele oordelen.
Hebben wij ons moreel kompas ontwikkeld, zijn wij in staat ons geestelijk staande te houden in een moeilijke situatie, de moed erin te houden.
Door je geweten te raadplegen word je je bewust van je gedachten. Maak bij alles wat de doet een keuze, denk na voordat je een keuze maakt, voelt iets goed of voelt iets niet goed.
Volwassen gedrag, hebben wij volwassen gedrag, volwassen gedrag is eerst nadenken.
Hoe staan wij in het leven, hoe is onze gedachtegang. Welk gedachtegoed hebben wij overgenomen, hoe is onze redenering: is het glas halfvol, of is het glas halfleeg. Bestaat er alleen zwart wit in ons leven of kan er nog een grijs gebied zijn. Waar het om gaat is dat wij gedachten leren beheersen, dat wij ons bewust worden welk innerlijk dialoog wij met onszelf voeren, dat wij leren gedachten te scheiden op serieuze gedachten of onzin gedachten.
Oude negatieve gedachtepatronen zullen veelal veel voorbijkomen en waarbij wij de neiging hebben deze weg te stoppen, echter wegstoppen zal niet helpen, het zal weer voorbij blijven komen totdat wij hier iets mee gedaan hebben. Wij zullen onszelf moeten gaan afvragen hoe deze negatieve gedachten zich in ons hebben vastgezet want veel beruste negatieve gedachten op oude overtuigingen, oude ervaringen, oude meningen, op een oude geloofssystemen welke in het verleden tot stand zijn gekomen. Wij zullen zelf moeten onderzoeken of onze eigen gedachten op oude overtuigingen, meningen, ervaring, oud geloofssysteem berust en of dat deze op de dag van vandaag nog waarheid zijn voor ons zijn, of deze nog werken voor ons, of dat deze ons tegenwerken.
Wij zullen zelfonderzoek moeten doen om hierover zelfstandig een nieuwe mening te vormen. Wij zullen ons oude referentiepunt opnieuw moeten ijken.
Wat je kunt doen is als er een negatieve gedachten bij je opkomt om hier bij stil te staan. Vraag jezelf af waarom deze negatieve gedachten er is. Laat je gedachten hierover gaan, en kijk er van een afstandje naar of deze gedachten ‘waarheid bevatten’ of deze realistisch zijn. Als je merkt dat negatieve gedachten steeds voorbijkomen, kun je deze het beste accepteren en kun je denken “oh gezellig, daar is ie weer” dit is een oud patroon.
Accepteer wat er voorbijkomt aan gedachten.
Als wij ons bewust zijn van ons eigen denkgedrag, en accepteren wat er voorbijkomt dan zullen wij onderscheid kunnen maken in positieve en negatieve gedachten op serieuze gedachten of onzin gedachten.
Als we ervoor kiezen om ons zelf te veranderen, dan kiezen we ervoor om het verleden los te laten. Het verleden is het verleden, aan het verleden kan niets meer veranderd worden, dan alleen onze kijk erop. Wat in het verleden is gebeurd, is gebeurd, echter kiezen wij er veelal voor om in het verleden te blijven hangen, en er steeds weer met onze eigen gedachten naar terug te keren en te verwijzen.
Waarom we naar het verleden blijven kijken en terugkeren in onze gedachten, is omdat het veilig voor ons voelt, omdat we weten wat er is gebeurd, en wat voor gevoel het heeft gegeven, van de toekomst weten we dit niet, en wat voor gevoel het ons geeft.
We hebben altijd een keuze, als je niets doet dan gebeurt er ook niets en zal er niets veranderen. Blijven we in het verleden hangen, dan kiezen we er zelf voor om slachtoffer te blijven en in de slachtoffer rol te blijven hangen. (zie ook angst – keuzes maken).
Hoe behandel je jezelf
Vraag jezelf eens af als je een negatieve innerlijke dialoog met jezelf voert “Je bent het niet waard om geliefd te zijn”. Waarom ben je het niet waard om geliefd te zijn? Wie bepaald dat? De buitenwereld? Nee, alleen jij bepaalt dat, niemand anders heeft het recht om over jou te oordelen.
Herprogrammeren van oude gedachtepatronen
Negatieve gedachten kunnen we beïnvloeden door bewust te worden dat wij negatieve gedachten hebben en door hier een halt aan toe te roepen, en hiervoor een positieve gedachten voor in de plaats te zetten. Oude denkpatronen en gedrag patronen kun je ombuigen, herprogrammeren. Gedrag en emotie zijn om te buigen en te herprogrammeren, dit kan aan de hand van affirmaties maar ook door cognitieve gedragstherapie.
Hoe herprogrammeren we onszelf?
We kunnen onszelf herprogrammeren aan de hand van affirmaties of mantra’s.
Wat is affirmatie: bekrachtigen, beamen, bevestigen.
Een affirmatie is een kort positief zinnetje dat je zo goed opneemt in je hoofd, dat je er echt in gaat geloven.
Bijvoorbeeld: je denkt dat je iets niet kunt, dan denk je “ik kan dit niet”. Als je blijft bedenken dat je iets niet kunt dan zul je ergens niet eens aan beginnen. Het zinnetje “ik kan dit niet” zal je tegenhouden, jezelf laten blokkeren en op een gegeven moment in de weg gaan zitten.
Als wij hier een affirmatie zinnetje tegenover zetten wat wij blijven herhalen in ons zelf dan kunnen wij onszelf deblokkeren.
Bijvoorbeeld: “ik kan dit, ik kan dit, ik kan dit, enz.”
Je zult zien dat je de moed krijgt, de energie om iets te doen, en als het gelukt is dat het je trots, voldoening geeft.
Alles heeft een tegenpool, alle negativiteit kan worden omgebogen naar positiviteit.
Welke gedachte heb je en hoe ga je met jezelf om?
Bij negatieve gedachten ontbreekt veelal liefde, waardering, respect voor onszelf, wij zullen onze eigen negativiteit over onszelf moeten ombuigen en herprogrammeren.
Om persoonlijk te kunnen groeien, zullen we moeten veranderen, hier kun je in gedachten tegen jezelf zeggen: “Ik ben bereid om te veranderen”.
Ik hou van mijzelf
Ik waardeer mijzelf
Ik respecteer mijzelf zoals ik ben
Bij angst – Ik laat de angst los, het is goed zo, of Ik ben krachtig, ik laat mijn leven niet vergallen door angst
Bij verdriet – Ik heb vrede met al mijn emoties – Ik hou van mijzelf, ik waardeer en respecteer mijzelf
Bij vastgeroeste gedachten – Ik laat het verleden los, het is goed zo
Blijf alles herhalen in jezelf en tegen jezelf, waar je ook bent, en wat je ook doet, gedachten hebben kracht en positieve gedachten in de plaats zetten voor negatieve gedachten zullen een zeer groot effect op jezelf hebben.
Wat is mantra: het herhalen van een zin, een serene gedachte of een gebed dat eventueel achter elkaar herhaald wordt. Een korte zin met een bepaalde betekenis, die steeds herhaald wordt tijdens meditaties. De mantra is bedoeld om de aandacht van onszelf af te wenden en op die manier los te komen van onze gedachten en zorgen.
Affirmaties en mantra’s zijn positieve gedachten, gezegdes die wij in onszelf blijven herhalen, hardop of in gedachten. Door middel van affirmaties, mantra’s kunnen wij onszelf helen en kunnen en zullen negatieve gedachten naar positieve gedachten worden omgebogen.
Als wij werkelijk aan onszelf willen werken en het lukt ons zelf niet om verder vooruit te komen dan zullen wij hulp nodig hebben, want wij hebben zelf onze positie waarin wij nu zitten veroorzaakt.
Aanvaard hulp
Als je aan jezelf wilt werken zul je verantwoording moeten nemen om dingen opgelost te krijgen of te verwerken. Je kunt hulp zoeken bij bijvoorbeeld een therapeut. In overleg met de huisarts en met een verwijzing van de huisarts kan je naar een therapeut verwezen worden die je kan helpen om een andere weg in te slaan waarin jouw herstel van verwerking voorop staat.
Het woord “therapeut” is een verzamelnaam voor iedereen die zich beroepsmatig bezighoudt met een therapie met als doel de methode, de therapie toe te passen ter genezing van de lichamelijke of geestelijke problemen van eenieder die dit nodig heeft. Therapie kan verschillen, je hebt reguliere therapie en alternatieve therapie. (zie ook reguliere en alternatieve geneeskunde)
Bij het horen van het woord “psycholoog of psychiater” steigeren de meeste mensen al, gaan in verzet, in de verdediging, schieten in de angst. Maar dat is niet nodig. Een psycholoog, psychiater is een iemand die zich bezighoudt met de geest van de mens en het daaruit voortkomend gedrag.
Het verschil tussen een psycholoog en psychiater is:
Een psychiater is arts en heeft doorgestudeerd met als specialisatie “psychiatrie”, omdat hij of zij arts is kan hij of zij medicatie voorschrijven.
Een psycholoog is geen arts, hij of zij heeft psychologie gestudeerd en is daarin afgestudeerd, hij of zij mag geen medicatie voorschrijven.
Problemen dienen te worden opgelost, en voor die oplossing moeten we weten hoe we in elkaar zitten, hoe we denken, hoe ons gedrag is, en hoe ons gedrag is bepaald en tot stand is gekomen. Dit heet psychologie. Door deze reis te maken geef je jezelf een cadeau, je maakt de reis naar bewustwording, je leert je zelf kennen, je leert bij je gevoel te komen. En veelal is hier een buitenstaander voor nodig om je op dit pad te krijgen, die je wijst op je gedrag en denken, hoe je aan deze gedachten en gedrag komt, en je helpt dit te veranderen, want dit heb je zelf niet door.
Ik vind psychologie een kadootje, het helpt je je reis naar binnen te maken en jezelf te hervinden, een weg van bewustwording en persoonlijke groei. Besef, bewustwording is een van de mooiste cadeaus die je aan jezelf kunt geven.
Wij kunnen zelf onze gedachten creëren, wij hebben zelf de keuze om gedachten te creëren om pijn of plezier in ons leven te creëren.
Gedachten zijn en hebben krachten, denk aan goede dingen.
Boekentip: Je kunt je leven helen van Louise L. Hay.
Zie ook meerdere onderwerpen in “Spirituele bewustwording en wegen”.